Het dorpenbeleid vertrekt vanuit een gelijkaardige uitdaging als de Buurtpunten. hoewel deze laatste ook in steden terug te vinden zijn. Beleid gericht op dorpen biedt veel inspiratie voor geografische betrokkenheid. Velen hebben er doorheen de laatste decennia verschillende vormen van dienstverlening zien verdwijnen. Bij redelijk wat oudere generaties lijken de fusiegolven uit de jaren ’70 nog niet helemaal verteerd, zeker de meest ingrijpende van ’76-’77. Net daarom werden de laatste jaren verschillende trajecten opgestart om de betrokkenheid en de lokale verbondenheid van elk dorp of elke deelgemeente te bevorderen.
Een eerste voorbeeld is het project Veerkrachtige dorpen, een samenwerking tussen Provincie Antwerpen, Rurant en het Innovatiesteunpunt. Ze begonnen in zes dorpen: Hulshout, Booischot, Essen-centrum, Groot-Vorst, Schriek en Heist-Goor. Ondertussen groeide het project al uit tot achttien dorpen. In elk dorp werd een participatietraject op maat uitgewerkt, telkens met als doel de veerkracht van het dorp te vergroten. Zodoende werkten zij een methodiekenkoffer uit, bestaande uit vijf stappen die je op je wijk, buurt, dorp of deelgemeente kan toepassen. Daar beginnen ze met een analyse van het dorp (1), waarna ze de focus bepalen (2). Dan is het de beurt aan de inwoners (3), waarmee een “inwonersvisie” vormgegeven wordt (4). Dat resulteert dan allemaal in een toonmoment (5) voor de geïnteresseerden.
Een tweede voorbeeld is het project Dorp aan zet. Ditmaal betreft het een samenwerking tussen Provincie Limburg, Stebo vzw en het Innovatiesteunpunt. In acht dorpen werd een participatietraject op maat uitgebouwd. Zo doorliepen een honderdtal Limburgse dorpsbewoners een laagdrempelig en inclusief traject, wat resulteerde in ambitieplannen op maat van het dorp en de realisatie van acht succesvolle quick wins. Net zoals het project Veerkrachtige dorpen was ook dit een soort pilootproject waaruit een methodiek voortvloeide. Die is volledig raadpleegbaar in de eindpublicatie van het project, die je op de projectwebsite gratis kan downloaden. Eigenlijk bestaat deze methodiek uit vijf stappen die heel gelijkaardig zijn als die van de veerkrachtige dorpen: dorp onder de loep (1), opstart in het dorp (2), van ideeën naar ambities (3), van ambities naar quick wins (4) en naar een vernieuwde dorpsdynamiek (5). Zowel de methodiekenkoffer van Veerkrachtige dorpen als de eindpublicatie van Dorp aan zet biedt nuttige handvaten om geografische betrokkenheid te bevorderen.
Ten derde is er het iets oudere traject DORPinZICHT, een samenwerking tussen Samenlevingsopbouw Vlaanderen, de toenmalige minister van plattelandsbeleid en de Vlaamse Landmaatschappij. DORP inZICHT geeft een groep wakkere burgers immers alle instrumenten in handen om, met of zonder steun van buitenaf, zelf een bevraging bij dorpsgenoten op te zetten. Door die bevraging krijgen sommige dorpsbewoners ook de smaak te pakken om samen met anderen iets te doen met de resultaten en het samenleven in het dorp te verbeteren.