soorten organisatienetwerken.jpg
Provider image

Kunnen we een problematiek alleen ondervangen, of is een samenwerking met andere partners noodzakelijk? Deze strategische keuze gaat vooraf aan het opzetten van een organisatienetwerk. Vervolgens kan de keuze voor het juiste type organisatienetwerk de slaagkansen van een samenwerking verhogen. Welke types organisatienetwerken bestaan er? Welke eigenschappen in een samenwerking hebben een invloed op de keuze voor een bepaald organisatienetwerk?

Soorten organisatienetwerken

“Organisatienetwerken verbinden en delen informatie, middelen, activiteiten en competenties van soevereine en unieke organisaties om samen een outcome te bewerkstelligen die geen van de organisaties afzonderlijk tot stand kan brengen." (Patrick Kenis)

Aandacht hebben voor de keuze van het type organisatienetwerk, kan de slaagkansen van een samenwerking verhogen. Er zijn drie types organisatienetwerken voor wat de governance betreft:

  • Een zelfregulerend netwerk is de meest lichte vorm van governance van een netwerk. Er is geen administratieve entiteit en elke partij participeert in het netwerkmanagement.
  • In een leiderorganisatienetwerk worden alle activiteiten en belangrijke besluiten gestuurd door één van de leden van het organisatienetwerk. Dit is de organisatieleider.
  • In een netwerk administratieve organisatie is een afzonderlijke entiteit die het netwerk gaat managen en de activiteiten coördineert. De coördinatie focust zich hoofdzakelijk op de administratieve aspecten van de samenwerking in het netwerk. 

Het aantal aanwezige partners in een netwerkorganisatie, de mate waarin vertrouwen en doelconsensus aanwezig zijn, bepalen welk type organisatienetwerk aangewezen is. Aan elk type organisatienetwerk is er een specifieke nood aan netwerkcompetenties verbonden.

Indien een netwerkorganisatie minder goed functioneert, valt dit mogelijk te verklaren doordat de realiteit niet klopt met het type netwerkorganisatie waarin men zich bevindt. Zo zijn vertrouwen en doelconsensus belangrijk in een zelfregulerend netwerk en zijn er best niet teveel deelnemers. Een netwerk dat wordt opgestart als zelfregulerend, maar waar bijvoorbeeld heel wat deelnemers aan de tafel zitten en er geen doelconsensus is, heeft veel minder kans op slagen dan wanneer men hier zou kiezen voor een leiderorganisatienetwerk.

Het leidersorganisatienetwerk laat zien dat een netwerk ook bij weinig vertrouwen of doelconsensus kan werken. Al moet er wel een zekere mate van vertrouwen zijn in de partner die de leiding neemt.  Dat partners mekaar eerst moeten leren kennen, of een gedeelde visie moeten hebben vooraleer er tot actie kan overgegaan worden is een hardnekkig cliché. Natuurlijk mag er vertrouwen zijn of een gedeelde visie, maar dit is niet noodzakelijk. Toch investeert men bij de start van netwerken vaak veel tijd in het zoeken naar een gedeelde visie.

Aangezien het aantal aanwezigen, de mate van doelconsensus en vertrouwen kan wijzigen, kan ook het aangewezen type netwerkorganisatie veranderen doorheen de tijd. Zo zal een leiderorganisatienetwerk waar doelconsensus en vertrouwen groeit, minder nood hebben aan sterke sturing.

Evalueer je organisatienetwerk-type

De VVSG ontwikkelde een instrument om te evalueren in welke mate je type netwerk aansluit bij de context waarin je werkt.

TypesNetwerken.pdf

HandleidingTypesNetwerken.pdf