Het is erg moeilijk om in de algemeenheid weer te geven wat de mogelijke gevolgen zijn voor iemand die onafhankelijk geworden is. Duidelijk is dat een raadslid dat niet meer tot de fractie behoort wel een volwaardig lid van de raad blijft met alle rechten en plichten die raadsleden hebben. Toch zijn er ook mogelijke gevolgen voor het raadslid. Hieronder bespreken we enkele situaties:
1. Raadscommissies
Bij de gemeenteraadscommissies zijn er rechtstreekse gevolgen voor wie onafhankelijk wordt: onafhankelijke leden kunnen immers niet meer als lid zetelen in de raadscommissies. Dat kan niet meer als vertegenwoordiger van de fractie (waartoe het raadslid niet meer behoort), maar dat kan ook niet namens een andere fractie. Een onafhankelijk raadslid kan ook geen lid zijn met raadgevende stem. Het betreffende lid mag wel de commissievergaderingen nog bijwonen en heeft er ook spreekrecht. Maar een onafhankelijke heeft geen recht op presentiegeld voor het bijwonen van de commissievergaderingen.
Opgelet: Het bovenstaande geldt niet voor raadscommissies waarvan alle gemeenteraadsleden lid zijn. De commissieleden zetelen daar immers niet als vertegenwoordigers van een fractie, maar omdat ze raadslid zijn. Het al dan niet zetelen als onafhankelijke speelt dan geen rol.
2. Deontologische commissie
Of er gevolgen zijn, moet lokaal bekeken worden. Het decreet lokaal bestuur voorziet enkel dat elke fractie een vertegenwoordiger moet hebben in de deontologische commissie. Die vertegenwoordiger hoeft echter geen raadslid te zijn en hoeft dus ook geen lid van de fractie te zijn. Stel dat de vertegenwoordiger van de fractie echter als onafhankelijke zou gaan zetelen, dan kan dat wel leiden tot een beslissing van de fractie om toch een nieuwe vertegenwoordiger aan te duiden (ipv de onafhankelijke). Dat is de eigen keuze van de fractie.
Behalve dat elke fractie minstens één vertegenwoordiger moet hebben, kan de raad voor de rest helemaal zelf kiezen wie in de deontologische commissie zetelt. Het is dus niet verboden voor de raad om ook onafhankelijke raadsleden expliciet op te nemen. Dat moet dan ingeschreven worden in de lokale deontologische code.
3. Adviesraden
Raadsleden (dus ook onafhankelijke raadsleden) kunnen niet eisen om als niet-stemgerechtigd lid aan een adviesraad te worden toegevoegd. De gemeenteraad (niet: de fractie) beslist autonoom over de samenstelling van de adviesraden en hoe de adviesraden worden georganiseerd. Het is dus ook de gemeenteraad die beslist of er niet-stemgerechtigde leden kunnen zijn en, indien wel, onder welke voorwaarden dit gebeurt.
4. politieraad en BCSD
Hier zijn er geen gevolgen voor wie als onafhankelijk raadslid gaat zetelen. In de politieraad en in het BCSD kunnen raadsleden immers niet ontslagen worden. Het betrokken raadslid is er persoonlijk verkozen en kan daar enkel vervangen worden wanneer het zelf vrijwillig ontslag neemt (of eventueel als de einddatum op de akte bereikt wordt). De fractie noch de raad kunnen dat ontslag afdwingen, ook niet als een raadslid onafhankelijk wordt.
5. Raad van bestuur AGB
Hier gaat het om fractievoordrachten waarbij er geen persoonlijke verkiezing is tot het einde van de bestuursperiode. De fractie kan hier dus steeds iemand anders voordragen.
De gemeenteraad moet dit dan wel bevestigen. Het is immers de gemeenteraad die beslist over de benoeming en het ontslag van de bestuurders.
We raden ook aan de statuten van het AGB te bekijken, om te weten of er iets meer gezegd wordt over het einde van het mandaat van de bestuurders.
6. Gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm
Raad van bestuur:
Het is de gemeenteraad (niet: de fractie) die de vertegenwoordigers van de gemeente voordraagt voor de raad van bestuur. Elke fractie moet echter vertegenwoordigd zijn. Het bevoegde orgaan van het agentschap (voor een vzw: de algemene vergadering) stelt op basis van die voordracht de bestuurders aan. Wordt een raadslid onafhankelijk en is een fractie niet meer vertegenwoordigd, dan zal de fractie een nieuwe kandidaat kunnen voordragen.
Algemene vergadering:
De vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering worden rechtstreeks door en onder de gemeenteraadsleden verkozen. Hier is geen fractievereiste voorzien. Maar ook hier is het niet uitgesloten dat de aanduiding herroepen wordt. De raad (niet: de fractie) beslist daarover.
7. Rechtspersonen op basis van art. 386 DLB
Het gaat hier om deelname van de gemeente in bepaalde vennootschappen, verenigingen en stichtingen die niet vallen onder de vormen van intergemeentelijke samenwerking.
We adviseren om de statuten te bekijken over de aanstelling van de vertegenwoordigers. Is er nog twijfel, dan kan men best de notulen bekijken om na te gaan hoe het betrokken raadslid aangesteld werd. Het zal hier hoogstwaarschijnlijk steeds gaan om een vertegenwoordiger van de raad (niet: de fractie). Het zal dus de raad zijn die beslist om al dan niet (conform de statuten) iemand nieuw aan te duiden. Het veranderen van fractie kan gevolgen hebben, maar enkel als de raad dat wenst.
8. Projectvereniging
Iedere gemeente wijst een afgevaardigde aan die deelneemt aan de vergaderingen van de raad van bestuur als lid met raadgevende stem. Die afgevaardigden zijn altijd raadsleden in de betrokken gemeenten, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen. Of het betrokken raadslid nu al dan niet uit een fractie stapt, maakt op zich niet uit. Het raadslid is en blijft verkozen op een lijst die geen deel uitmaakt van de meerderheid. Al kan de raad natuurlijk conform de statuten steeds beslissen een ander raadslid aan te duiden.
9. Dienstverlenende en opdrachthoudende vereniging
De vertegenwoordigers in de algemene vergadering worden rechtstreeks aangewezen door en onder de gemeenteraadsleden. Wenst de raad een nieuwe vertegenwoordiger aan te duiden, dan kan dat (conform de statuten). Voor de raad van bestuur doen de gemeenten een voordracht, waarna de algemene vergadering de bestuurders benoemt. Een fractie heeft hier dus geen formele rol. Het is de raad die beslist over de vertegenwoordiging in de algemene vergadering of de voordracht voor de raad van bestuur. Het veranderen van fractie kan gevolgen hebben, maar enkel als de raad dat wenst.
10. Welzijnsvereniging
Het is de OCMW-raad die de vertegenwoordigers van het OCMW aanduidt in de organen van de welzijnsvereniging. Enkel de OCMW-raad (en dus niet de fractie) kan beslissen om die vertegenwoordiging stop te zetten. Beslist de raad een vertegenwoordiger terug te trekken, dan is het aan de raadsleden die verkozen zijn op dezelfde lijst als de betrokkene om een nieuwe vertegenwoordiger aan te duiden. Dat is enkel niet het geval als de teruggetrokken vertegenwoordiger aangesteld was als jongste na staking van stemmen. In dat laatste geval kiest de raad een nieuwe vertegenwoordiger.
Meer info over fracties en onafhankelijke raadsleden op deze pagina.