2022Lokaal04 - Grofvuil uitgevlooid.png
Provider image

Vlaanderen legt lokale besturen een maximumrestafvalcijfer op dat ze tegen eind 2022 moeten bereiken. Restafval wordt immers verbrand: zo verlies je grondstoffen en er is ook een weerslag op het klimaat. De samenstelling van het huisvuil wordt al langer periodiek geëvalueerd door de OVAM en door verschillende afvalintercommunales. Nu is er voor het eerst een nauwkeurig Vlaams beeld van die andere grote component: het grofvuil dat op recyclageparken wordt ingezameld.

Recent verscheen het rapport over de sorteeranalyse grofvuil die najaar 2020 en voorjaar 2021 op twintig recyclageparken in Vlaanderen werd uitgevoerd in opdracht van de OVAM. Maarten De Groof, beleidsmedewerker huishoudelijke afvalstoffen, gidst ons door de belangrijkste informatie van het rapport. Hij is hier uitstekend voor geplaatst, want hij werkt al bijna twintig jaar voor de OVAM, het merendeel van de tijd in het team dat zich toespitst op de lokale besturen. Hij begeleidde ook dit rapport.

Uiteraard was er vooraf al een en ander bekend over wat er allemaal in het grofvuil zat. In 2011 was er in opdracht van de OVAM al eens een sorteeranalyse uitgevoerd. Die was toen beperkt tot de inzameling aan huis. Dat maakte het eenvoudiger na te gaan welk percentage van het grofvuil nog herbruikbaar is. ‘Wanneer je namelijk materiaal in de grofvuilcontainer gooit,’ legt Maarten De Groof uit, ‘kan het stukvallen of vuil worden. Je hebt dus niet zo’n goed zicht op welk afval initieel nog herbruikbaar was. Door het onderzoek te beperken tot de inzameling aan huis viel dat probleem weg.’

De inzameling aan huis bedraagt momenteel nog maar 6% van het totale grofvuil. Daarom werd er nu gekeken naar het grofvuil dat op de recyclageparken werd ingezameld. De onderzoeksvragen waren ook ruimer: Welk aandeel is nog recycleerbaar? Welk aandeel is nog herbruikbaar, rekening houdend met de beperkingen die in zo’n recyclagepark rijzen? Welke fracties vinden we nog vaak terug in het grofvuil? Wat dat laatste betreft, dit is een manier om te achterhalen of er bijkomende uitgebreide producentenverantwoordelijkheden nodig zijn, zoals recent met matrassen gebeurde. Die worden sinds 2021 ook selectief ingezameld, ze maken dus geen deel meer uit van het grofvuil. Zo werken we systematisch aan de reductie van het restafval.

 

Grof geanalyseerd

Voor een steekproef zijn er twintig recyclageparken in twintig verschillende steden en gemeentes gekozen. Helemaal representatief voor Vlaanderen zijn die niet, maar ze bevatten toch een zo groot mogelijke diversiteit en waren geografisch goed gespreid: elke provincie was vertegenwoordigd. Er waren recyclageparken met een lage, een gemiddelde en een hoge aanvoer van grofvuil. Ook de totale hoeveelheid huisvuil in de gemeente, de hoogte van de tarieven voor grofvuil en de hoeveelheid ingezamelde kringloopgoederen waren parameters voor de selectie van deze recyclageparken.

Er werd gewerkt met twee sorteerperiodes. De eerste liep van september tot november 2020, de tweede in maart en april 2021. Dit was belangrijk om mogelijke seizoenseffecten in kaart te brengen en om eventueel in de tweede campagne de analyse aan te scherpen op basis van de ervaringen tijdens de eerste campagne. Er waren ook twee manieren van analyseren. Ofwel werd het grofvuil op het recyclagepark onmiddellijk uitgesorteerd als de bezoekers het aanleverden. Als dat bijvoorbeeld door plaatsgebrek op het recyclagepark niet mogelijk was, werd een hele container grofvuil of een deel ervan afgevoerd en uitgesorteerd. Deze container mocht dan niet geperst worden. De eerste werkwijze levert meer informatie op over de herbruikbaarheid.

Het onderzoek werd geleid door onderzoeksbureau OWS dat het grofvuil uitsorteerde in 17 hoofdcategorieën, bijvoorbeeld huisvuil, samengestelde producten, hout (zie tabel) en 33 subcategorieën, zoals metaal dat wordt opgesplitst in ferro en non-ferro. Deze fracties werden vervolgens gewogen.

 

Klein vervelend afval

‘Wat we niet verwacht hadden,’ vertelt Maarten De Groof, ‘is dat opvallend veel klein afval los aangeleverd wordt, in dozen en zakken. Daarom hebben we ons in de tweede campagne meer beziggehouden met dit kleine afval. We keken naar de samenstelling: waren het recycleerbare fracties of was het eerder huisvuil? Echt in detail konden we niet gaan, omdat dit geen analyse van huisvuil was en dus niet onder dit onderzoek viel.’ Een andere vaststelling in de tweede meetperiode was dat er meer matrassen werden teruggevonden in het grofvuil dan in de eerste. ‘Wellicht omdat die vanaf dan al gratis aangeleverd konden worden, maar nog niet alle gemeenten ze selectief inzamelden.’

Een belangrijke vaststelling is dus dat er nog heel veel klein afval in het grofvuil zit. Vaak hoort dit in het huisvuil, maar dikwijls zijn het ook fracties die selectief ingezameld kunnen worden. Sommige gemeentes laten bijvoorbeeld wel zakken met behangpapier of brandbaar bouw- en sloopafval toe in de grofvuilcontainer. Maar veel vaker gaat het om onjuist gesorteerd afval. Daar zijn allerlei redenen voor: het tarief voor grofvuil ligt in heel wat gemeentes lager dan dat voor huisvuil, het is te lastig om alle fracties uit te sorteren, de bezoeker weet niet goed wat hij met het afval moet aanvangen… Daarnaast is het grootste aandeel in het grofvuil bouw- en sloopafval en samengestelde producten (zie grafiek). ‘Jammer genoeg troffen we ook één keer asbest aan in de grofvuilcontainer. Toen moest de analyse worden stopgezet,’ zegt Maarten De Groof.

Opvallend waren ook de grote verschillen tussen de gemeentes: sommige hadden veel afval dat eigenlijk niet tot het grofvuil hoorde, andere gemeentes veel minder.

 

En nu?

Wat gebeurt er nu met de resultaten van dit onderzoek? In eerste instantie levert dit heel wat informatie op voor lokale besturen. Zij kunnen hier misschien informatie vinden om het grofvuil in hun gemeente te doen dalen. Er zijn wat dat betreft al een aantal initiatieven gepasseerd: zo was er een Lerend Netwerk Afvalbeleid voor gemeentes en afvalintercommunales over dit onderwerp. Op initiatief van Interafval kwam er een opleiding Train-the-trainers voor de verantwoordelijken van recyclageparken van afvalintercommunales over grofvuil en meer specifiek over het motiveren van burgers om grofvuil te sorteren.

Daarnaast willen we met VVSG-Interafval ook werken aan een code goede praktijk met richtlijnen over bijvoorbeeld de inzameling, instructies voor parkwachters, afstemming tussen tarieven van grofvuil en huisvuil. Mogelijk levert dit ook nieuwe uitgebreide producentenverantwoordelijkheden op.

 

Aanbevelingen

De recyclageparken waar de volgende drie aanbevelingen worden gevolgd, slagen erin om het grofvuil grotendeels uit te zuiveren van wat er niet in thuishoort.

Ten eerste, probeer zoveel mogelijk toezicht te houden op de grofvuilcontainer. Je zult er niet altijd een parkwachter naast kunnen zetten, maar probeer dat toch regelmatig en stelselmatig te doen. Of stel je parkwachters centraler op. Als je werkt met een perscontainer, kun je de toegang ook afsluiten, zodat bezoekers steeds een parkwachter moeten roepen. Zo neemt de sociale controle ook toe. Op een aantal recyclageparken waar het personeel van OWS, het onderzoeksbureau, in veiligheidskledij stond te wachten om grofvuil van bezoekers aan te nemen, bleek dat te werken. Sommige bezoekers reden plots de grofvuilcontainer voorbij en reden gewoon recht naar huis zonder hun grofvuil af te geven.

Ten tweede, controleer al bij de ingang de omvang van de afvalfracties die als grofvuil worden aangegeven. Een aantal intercommunales gebruiken nu al een koker met het volume van een restafvalzak. Alles wat daarin past, moet via het huisvuil worden aangeleverd. En tot slot: leg de tarieven van grofvuil in lijn met die van huisvuil, zodat het financieel minder opbrengt om huisvuil bij het grofvuil te gooien. —

 

Eva Gijsegom is projectmedewerker Lerende Netwerken Afvalbeleid
Voor Lokaal 04 | 2022