lokaal_20231001_56_blijver.png
Provider image

Het woonzorgdecreet van 2019 legt op dat alle erkende woonzorgvoorzieningen vanaf 2023 doelgericht werken. Hoewel deze filosofie niet volledig nieuw is, rijst de vraag: hoe geraakt de hele organisatie doordrongen van de principes ervan?

Om woonzorgvoorzieningen bij te staan organiseerde de VVSG een ondersteuningstraject in samenwerking met de Arteveldehogeschool, met middelen van de Koning Boudewijnstichting. Hiervoor bracht ze een dertigtal medewerkers van diensten gezinszorg, lokale dienstencentra, groepen van assistentiewoningen en woonzorgcentra samen. Het was niet altijd evident, maar het resultaat mag er zeker zijn! De begeleider van het traject en twee deelnemers uit Herenthout en Wetteren delen graag hun ervaringen.


Steentjes verleggen

Christel Geerts, PhD gerontologie, begeleidde de deelnemers vanuit de Arteveldehogeschool en vertelt wat haar opviel. ‘Start je met doelgerichte zorg, zoek dan een evenwicht tussen theoretische kennis en experimenteren in de praktijk. Bestaande tools zoals Zorg-Esperanto of doelzoeker geven je natuurlijk een zeker houvast. Maar tegelijkertijd is het belangrijk om te experimenteren, want enkel zo ontwikkel je een bepaalde ingesteldheid en een manier van communiceren om het verhaal achter het verhaal van de zorgvrager bloot te leggen. En dat onder de knie krijgen vergt tijd. Medewerkers moeten de kans krijgen hierin te groeien, inzicht en zelfvertrouwen te krijgen. Start niet te groot, is dus vaak mijn advies. Gooi je vooral op de basisprincipes, pas ze consequent toe en je komt al ver. Tijdens het traject zei ik dat ook vaak aan de deelnemers. Ik gebruik daarbij het beeld van een vrachtwagen vol steentjes. Die staat symbool voor de berg werk waar je voor staat. Je hoeft niet meteen die hele vrachtwagen leeg te maken, start met een eerste of extra steentje te verleggen, en daarna zie je wel!’ besluit Christel Geerts.


Stap per stap groeien

Tijdens het traject was een van de meest gestelde vragen: ‘Hoe krijg je je collega’s mee?’ Welnu, de ervaring geeft het antwoord: door het gewoon te doen! Door voorbeelden aan te reiken en vorming te organiseren. Sofie Lammens, coördinator van de dienst gezinszorg in Wetteren getuigt: ‘In onze teamvergaderingen spraken we vaak enkel over de planning. We hadden de tijd niet om complexe cliëntsituaties te bespreken. Door dit traject grepen we de kans om intervisies op te zetten met het team. Op die manier wilden we doelgericht nadenken en loskomen van het taakgerichte werken.’


‘Als eerste stap volgden alle verzorgenden een opleiding over doelgerichte zorg,’ legt ze uit. ‘Oorspronkelijk was het ons idee daarna meteen cliëntsituaties tijdens de intervisies te bespreken. Maar uit een gesprek


met de medewerkers bleek dat zij de behoefte voelden om eerst als team verbinding te maken en stil te staan bij onze manier van samenwerken.’ Daarom pasten ze de principes van doelgericht werken toe op de teamwerking: ze onderzochten de identiteit van het team, de behoeften en aanwezige talenten en hoe ze die het best konden inzetten. Dit verhoogde de betrokkenheid bij de collega’s en samen formuleerden ze een duidelijke visie over hoe ze willen communiceren en met elkaar willen omgaan in het team, onderling, maar ook met de cliënten en hun netwerk. Pas toen ze deze basis hadden gelegd, waren ze klaar om tijdens de intervisies met een nieuwe blik naar cliëntsituaties te kijken.


Christel Geerts: ‘Medewerkers moeten de kans krijgen te groeien, inzicht en zelfvertrouwen te krijgen. Start niet te groot, is dus vaak mijn advies. Gooi je vooral op de basisprincipes, pas ze consequent toe en je komt al ver.

‘Terugkijkend op het traject zijn we tevreden. Het was een groeiproces waarbij we soms nog naar de juiste richting moesten zoeken. Maar door klein te beginnen en de groep er actief bij te betrekken, groeiden de intervisies stilaan vanzelf tot een waardevol overleg,’ blikt ze terug. ‘We merken dat verzorgenden nu op een andere manier naar de zorg kijken. Zo uitte een cliënt de wens er mooi uit te zien. Verzorgenden durven nu de huishoudelijke taken even aan de kant te leggen om tijd vrij te maken om mooie kleding te zoeken. Een andere gebruiker had dringend huishoudelijke hulp nodig, maar liet zich ook ontvallen dat die niet graag thuis woonde. Daarom verkenden we samen eerst de opties van een eventuele verhuizing in plaats van meteen in de huishoudelijke taken te vliegen.’


Doelgerichte zorg heeft het team in Wetteren een belangrijke les geleerd: de opdracht is bij elke cliënt anders, maar dat verschil zit dikwijls net in de kleinste dingen. ‘We gaan aan de slag met de eigenheid van elke cliënt. Het mooie is dat we eigenlijk altijd op deze manier werkten,’ voegt Sofie Lammens nog toe. ‘Alleen hadden we niet altijd door dat dit onze kernopdracht was. Nu houden we die manier van denken levendig door er telkens op terug te komen tijdens teamvergaderingen of intervisies. En dat loont, want onlangs kregen we telefoon van een cliënt die ons bedankte. De verzorgende had zijn problemen die dag zeer goed aangevoeld en deed iets extra’s, wat mentale rust bij de cliënt creëerde. Dat bevestigt dat we op goede weg zijn en dat het doelgericht werken stilletjes aan begint door te sijpelen in de praktijk,’ besluit ze.


Sofie Lammens: ‘Het mooie is dat we eigenlijk altijd op deze manier werkten, alleen hadden we niet altijd door dat dit onze kernopdracht was. Nu houden we die manier van denken levendig door er telkens op terug te komen tijdens teamvergaderingen of intervisies.’

Over de diensten heen

Doelgerichte zorg is iets waar de volledige organisatie van doordrongen moet zijn. De zorgdiensten uit Herenthout grepen daarom deze kans. Isabelle Bogemans, centrumleider van het lokaal dienstencentrum daar, vertelt: ‘Binnen ons bestuur is een van de doelstellingen “bouwen aan zorgzame buurten door outreachend te werken”. Grote woorden, maar binnen dit traject van doelgerichte zorg wilden we daar werk van maken. We hadden ondervonden dat zorgvragers hun verhaal vaak verschillende keren tegen verschillende hulpverleners moeten vertellen.


Daar wilden we iets op vinden. Samen met onze cliënten dachten we na en ontwikkelden we het concept van de kleine grote wensen. Hierbij noteert de zorgbehoevende zijn kleine grote wens op een mooi wenskaartje en legt dit thuis goed zichtbaar voor alle hulpverleners. Zo blijft wat voor de persoon in kwestie belangrijk is continu onder de aandacht. Die wenskaarten zijn natuurlijk maar iets kleins, maar we gingen vooral ook op zoek hoe we onze organisatie moesten reorganiseren om het concept echt te doen werken. En natuurlijk moesten we ook tijd vrijmaken om uit te voeren wat er op die wenskaarten staat.’ Na een denkoefening en wat schuiven met taken richtten ze het zorgteam op.


Dat bestaat uit de verantwoordelijke van de dienst gezinszorg, de woonassistent van de assistentiewoningen, de maatschappelijk werker ouderenzorg en Isabelle Bogemans vanuit het lokaal dienstencentrum zelf. Vaak kenden ze elkaars dossiers wel, maar nu lassen ze met het zorgteam ook een formeel overlegmoment in waarop ze bekijken welke actie ze kunnen ondernemen om die kleine grote wensen te doen uitkomen. Ook onderzoeken ze hoe ze tekorten van de buurt in en met de buurt kunnen wegwerken. Daarnaast ontwikkelden ze een gesprekskaart met richtvragen om de krachten van de zorgvrager te ontdekken. Dit kan hulpverleners op een positieve manier ondersteunen om zeer laagdrempelig een gesprek te voeren met personen die niet altijd om hulp vragen. Deze gespreksmethodiek is nu volledig afgewerkt en wordt binnenkort uitgetest via de verjaardagsbezoeken.


Isabelle Bogemans: ‘Terugkijkend onthoud ik vooral dat je dit verhaal het best schrijft met de volledige organisatie en dat kleine veranderingen vaak al genoeg zijn om een steentje te verleggen. Je moet soms creatief zijn, maar er is altijd wel iets mogelijk, zelfs met beperkte middelen.

‘Terugkijkend onthoud ik vooral dat je dit verhaal het best schrijft met de volledige organisatie en dat kleine veranderingen vaak al genoeg zijn om een steentje te verleggen. Je moet soms creatief zijn, maar er is altijd wel iets mogelijk, zelfs met beperkte middelen. En niet te vergeten, vaak werk je al heel erg doelgericht, zonder dat je het goed beseft. Als ik naar ons lokaal dienstencentrum kijk, onze dagelijkse werking is doordrenkt van het idee dat je je voelsprieten overeind moet houden, aanspreekbaar moet zijn en luisteren. Laat dat nu net de essentie zijn van doelgerichte zorg!’ besluit Isabelle Bogemans tevreden. —


Ook zin gekregen om met doelgerichte zorg aan de slag te gaan? Met de input van dit traject ontwikkelt de Arteveldehogeschool een roadmap. In het najaar 2024 verneem je hier alles over via de sectornieuwsbrief van de VVSG.


Leen Van Den Heuvel is VVSG-stafmedewerker gezinszorg en Joke Vandewalle is VVSG-stafmedewerker gezinszorg | Beelden GF
Voor Lokaal 10 | 2023