- Wim De Geest is beleidsmedewerker duurzameontwikkelingsdoelstellingen voor lokaal bestuur Edegem
- Sinds 2019; daarvoor in 2017 gestart als deskundige internationale samenwerking
- Zorgt bij alle diensten van de gemeente voor bewustmaking over de SDG’s, de internationale duurzaamheidsdoelen, en zet vanuit die insteek projecten in gang
- Is lid van de Cluster Beleid die zowel managementteam als college ondersteunt
- Kent iedereen bij de gemeente, en iedereen kent hem
‘Ik wil geen duurzaamheidspolitie spelen en zeggen wat wel of niet kan,’ vertelt Wim De Geest. ‘Het is de bedoeling dat mensen zelf de reflex hebben hun acties en projecten te toetsen aan het beleidskader dat we voor duurzaamheid hebben uitgestippeld. Dat gebeurt steeds vaker spontaan, en daar ben ik blij om. Uiteindelijk willen we van elk personeelslid van Edegem een SDG-ambassadeur maken, daar wil ik nog extra op inzetten.’ Samen met het lokale mondiale en duurzaamheidsbeleid maakte de jobinhoud van Wim De Geest op enkele jaren tijd een ingrijpende evolutie door.
‘Ik startte in 2017 als lokaal mondiaal ambtenaar, of deskundige internationale solidariteit zoals het hier heette,’ legt hij uit. ‘Dat met de nieuwe bestuursploeg vanaf 2019 de invalshoek van die functie verschoof naar klimaat en duurzaamheid in een meer Europese context, had ook te maken met de SDG-agenda van de Verenigde Naties die algemene inclusiviteit nastreeft en niet overwegend gericht is op samenwerkingsprojecten met het Zuiden.’ Edegem had behoefte aan iemand die op dat vlak dienstoverschrijdend kon werken, de bestaande eilanden binnen de organisatie met elkaar kon verbinden en samen met andere leden van een nieuwe Cluster Beleid zowel het managementteam als het college kon ondersteunen. Wim De Geest bleek daarvoor de geknipte persoon.
‘De voorbije twee jaar heb ik mezelf uitgenodigd op de verschillende diensten teamvergaderingen, met als resultaat dat ik tegenwoordig almaar vaker vanzelf word gevraagd,’ glimlacht Wim De Geest. ‘We komen regelmatig fysiek samen, maar digitaal vergaderen maakt het ook heel gemakkelijk om informatie uit te wisselen en zaken kort bij elkaar af te toetsen. We streven naar de beste organisatiestructuur om ieders werk zo vlot mogelijk aan de klimaatdoelstellingen te verbinden. Het managementteam heeft nu beslist om een Taskforce Klimaat op te richten. Daarin toon ik de teamleiders voor de grote energie- en klimaatthema’s – in de eerste plaats gaat het hier om patrimonium en publiek domein, wonen en ondernemen – hoe ik hen in het goede werk dat ze al doen nog verder kan bijstaan, samen met intercommunale Igean, de VVSG en onze partners van het Burgemeestersconvenant.’
Die ondersteunende inspanningen vertalen zich op verschillende manieren in concrete acties, zo blijkt. Een van de belangrijkste acties die lopen, bestaat in een stimuleringsprogramma voor binnen- en buitenisolatie van woningen op wijkniveau, waarop zoveel mogelijk mensen moeten kunnen intekenen. Edegem kan daarvoor een beroep doen op subsidie van Vlaanderen binnen het Lokale Energie- en Klimaatpact. Igean werkte het programma uit, de dienst Wonen en Ondernemen van de gemeente koppelt er ook een reglement voor onthardingspremies aan.
‘Gestructureerd werken in groep en per wijk geeft beter resultaat om de klimaatdoelstellingen te halen,’ weet Wim De Geest. ‘Uiteindelijk moeten we de CO2 -uitstoot met 55 procent doen dalen.’ Projecten van zulke omvang vallen onder het aandeel ‘80’ in het zogenaamde 80/20- plan van Edegem: voor tachtig procent projecten met grote impact realiseren, tegenover twintig procent kleinere projecten die minder impact hebben maar wel sensibiliseren. Het belang van dat laatste is niet te onderschatten, want het lokale bestuur wil zoveel mogelijk burgers meekrijgen in het duurzaamheidsverhaal. Een van die kleinere projecten is Voedsel en Dorp, waarbij één hectare grond wordt gesaneerd. De gemeente onderzoekt of inwoners op die plek in de toekomst zelf eetbare gewassen kunnen telen. ‘Je kunt er een landbouwer niet van laten leven, maar je maakt mensen wel bewust van wat je ook met weinig grond kunt doen voor de biodiversiteit, je stimuleert het debat over duurzaamheid en voeding,’ legt Wim De Geest uit. Van de organisatie Rurant vzw, die het project beheert met een mandaat van de gemeente, verneemt hij hoe geëngageerde burgers daar met de laarzen in de modder een dementievriendelijk pad willen aanleggen langs wat een plukweide kan worden. Dat doet hem glunderen: ‘Het is heel plezant om te zien hoe wat je tijdens overleggen in kantoren en vergaderzalen hebt zitten bekokstoven, uitmondt in iets tastbaars waar mensen mee bezig zijn en iets aan hebben.’
Dat het lukt om zaken beslist te krijgen waarin hij een adviserende rol speelt, geeft Wim De Geest het meest voldoening in zijn werk, naast het meekrijgen van collega’s in het wervende duurzaamheidsverhaal tot op het punt dat dat ook voor hen een spontane reflex wordt bij nieuwe projecten. Dat hij gezien heeft hoe zijn beleidsthema zich op korte tijd heeft ontsponnen van een aarzelend ‘SDG’s zijn wel interessant’ tot een leidende gedachte in de strategische meerjarenplanning van het bestuur, daarbij nog aangejaagd door een managementteam dat vindt dat het niet snel genoeg gaat, vindt hij heel hoopgevend. ‘De beleidsbanden zitten goed, het netwerk is er, de contacten lopen zoals het moet: met het college en de gemeenteraad waar ik vaak kom om toelichting te geven, met het Netwerk Klimaat van de VVSG, zowel intern binnen de gemeente als extern met de adviesraad, de omgevingsraad, de raad voor internationale solidariteit, de middenveldorganisaties. Lange tijd kregen we te horen dat we vooral veel plannen maakten en aankondigden. De corona- en de Oekraïnecrisis zijn een vertragende factor geweest, maar 2023 is echt wel het jaar dat we de zaken gaan uitvoeren.’ —
Pieter Plas is hoofdredacteur Lokaal | Beeld Stefan Dewickere
Voor Lokaal 03 | 2023