2021Lokaal12 - Globale doelstellingen lokale acties.png
Provider image

De Vlaamse lokale besturen zijn internationale koplopers wat betreft de lokale vertaalslag van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. Ze plaatsten de SDG’s massaal in het hart van hun beleid: 58 lokale besturen namen doelstellingen op in hun bestuursakkoord, liefst 180 integreerden ze in hun beleidsplanningsproces en 113 ondertekenden de SDG-engagementsverklaring van de VVSG. Vier burgemeesters lichten toe waarom en hoe ze lokaal werk maken van de SDG’s, vertellen over de uitdagingen die ze ervaren, en delen hun tips voor andere lokale besturen.

Politiek engagement is onmisbaar als we vooruitgang willen boeken voor Agenda 2030 van de Verenigde Naties en zijn zeventien Doelstellingen voor Duurzame Ontwikkeling (Sustainable Development Goals, SDG’s). Dat geldt zeker voor het lokale niveau, want goed twee derde van deze globale agenda kan niet gerealiseerd worden zonder de actieve betrokkenheid van lokale besturen. Logisch, want als eerstelijnsoverheid kunnen zij van onderuit dynamieken op gang brengen die de transitie naar een duurzame, inclusieve samenleving aanvuren. Dat punt maakt ook Jan Vermeulen, burgemeester voor CD&V in Deinze en zelf bevoegd voor duurzaamheid: ‘De SDG’s zijn een unieke kapstok voor een inclusief en ambitieus beleidsplan, een rode draad om aan duurzaamheid te werken.

Door met het kader van de SDG’s te werken worden medewerkers aangespoord om hun thema’s vanuit de verschillende pijlers van duurzaamheid te bekijken en wordt transversale samenwerking dus gestimuleerd. De SDG’s zijn een wereldwijde gemeenschappelijke taal, door ze te spreken leg je meer en gemakkelijker verbindingen met externe partners. In Deinze beseffen we dat Agenda 2030 pas succes kan hebben als alle actoren wereldwijd samenwerken. Wij willen het goede voorbeeld geven en andere steden en gemeenten stimuleren en motiveren om in te zetten op de SDG’s.’

Ook in Huldenberg zijn de SDG’s niet alleen een zaak voor de sociale dienst of de milieudienst, benadrukt burgemeester Danny Vangoidtsenhoven (Open VLD): ‘Al onze diensten zijn rechtstreeks verbonden aan één of meer SDG’s. Als lokaal bestuur spelen we een belangrijke rol in de sensibilisering van onze inwoners betreffende duurzaamheid. Door een op deze duurzame doelen gebaseerd beleid te voeren maken we meer kans om die doelen te bereiken.’

Koen Metsu (N-VA), in Edegem als burgemeester ook bevoegd voor duurzame ontwikkeling, beaamt: ‘De doelstellingen zijn globaal, maar de actie die nodig is om ze te behalen is lokaal. Het is hier dat mensen elkaar ontmoeten en samenwerken om hun dromen mogelijk te maken. Agenda 2030 is een concrete agenda die de droom van een betere wereld tegen 2030 kan waarmaken. Het lokale bestuur staat ten dienste van zijn inwoners en heeft de plicht om alles in het werk te stellen opdat zij de best mogelijke versie van hun gemeente krijgen.’

In Harelbeke was het voor de bestuurders vrij evident om hun lokale schouders onder de mondiale doelstellingen te zetten, voegt Vooruit-burgemeester Alain Top toe: ‘De mondiale doelstellingen staan niet op zich, het zijn énén-verhalen waar we als lokaal bestuur zeker een impact op hebben. Het feit dat het vizier op 2030 wordt gericht, daagt ons uit om verder te kijken dan één legislatuur. Grote projecten hebben langere doorlooptijden, dus ook daar kwamen de SDG’s vrij snel samen met onze loGF kale doelstellingen.’

 

Hoe de SDG’s inschakelen?

In Edegem gebruikte de administratie de SDG-cirkeloefening van de VVSG voor de opmaak van haar memorandum naar aanleiding van de verkiezingen. Dit memorandum was een belangrijke inspiratiebron voor de opmaak van de strategische meerjarenplanning, waarin de SDG’s als transversale pijlers werden opgenomen. ‘In onze interne communicatie werken we met een rondreizend tv-toestel met uitleg over de SDG’s, met lezingen tijdens de lunch voor collega’s en met “weeceetjes”, weetjes in de toiletten’, vertelt Koen Metsu. ‘Op evenementen gebruiken we SDG-poefjes, -bierviltjes, -banners, -fruitzakjes en -goodiebags en dragen onze politici en medewerkers de SDG-pin. Die visuele aanwezigheid wekt nieuwsgierigheid op en nodigt uit tot een gesprek over de SDG’s.’

Deinze koppelde de SDG’s aan de actieplannen in het meerjarenplan. Om de SDG’s in de organisatie te verankeren werden een SDG-stuurgroep opgericht en een SDG-actieplan opgemaakt. Jan Vermeulen: ‘Er zijn al sensibiliserende acties geweest vanuit de diensten milieu, lokaal mondiaal beleid en strategie, kwaliteit en participatie. Deinze heeft deelgenomen aan de laatste drie edities van de Week van de Duurzame Gemeente en ondertekende de SDG-engagementsverklaring van de VVSG. Al deze initiatieven leveren meer herkenbaarheid op voor de SDG’s. De volgende stap is om medewerkers, burgers, onderwijs en bedrijven actief te betrekken bij de verwezenlijking van Agenda 2030. Ook op internationaal niveau betrekt Deinze de SDG’s via haar stedenband met enkele Senegalese gemeenten (KeMoPoDi), waar we rond afvalbeheer samenwerken.’

Ook Harelbeke formuleert jaarlijks actieplannen die voortvloeien uit de duurzameontwikkelingsdoelstellingen. Na een gezamenlijke analyseoefening met de stakeholders kwam het bestuur tot een selectie van twaalf SDG’s waarmee het de grootste impact wil hebben. Die hanteert het nu als lokale beleidsdoelstellingen. Het legde indicatoren vast waarmee wordt opgevolgd of het beoogde effect wordt bereikt. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn krijgen hier per kwartaal een rapport over. Huldenberg arriveerde op een soortgelijk punt door samen met vijf andere Vlaamse gemeenten het SDG-Pioneerprogramma van de VVSG, IDEA Consult en CIFAL Flanders te volgen. Vertrekkend van een SDG-scan formuleerden ze een SDG-actieplan op maat van de gemeente. Ze worden gecoacht bij de realisatie en opvolging ervan. Beide besturen zetten sterk in op draagvlakversterking onder de inwoners. ‘De Week van de Duurzame Gemeente is een goed voorbeeld,’ zegt Alain Top, ‘maar we hebben ook een voetgangerstunnel met SDG-streetart opgefrist en ook op de dienstauto’s van Harelbeke vind je de SDG’s terug.’

Danny Vangoidtsenhoven treedt bij: ‘In onze communicatie voor de inwoners proberen we de SDG’s altijd mee te nemen: via het gemeentemagazine, de sociale media, vergaderingen en participatieve trajecten. Resultaat is dat de Huldenbergenaars meer vertrouwd geraken met de doelen.’

Harelbeke draagt nog internationaal een steentje bij door met stedenbandpartner Eenhana in Namibië op verschillende manieren aan de SDG’s te werken.

 

Ervaringen om te delen

Steden en gemeenten die SDG’s willen introduceren of nog verder uitwerken in hun beleid, kunnen voor tips en expertise zeker te rade bij hun collega-besturen. ‘Gemeenten hoeven niet bang te zijn om de SDG’s in te voeren, ze moeten er gewoon voor gaan,’ vindt Danny Vangoidtsenhoven. ‘Zonder het met zoveel woorden te zeggen zijn ze daar al op allerlei vlakken mee bezig. Bovendien zijn de SDG’s een handige kapstok om het volledige beleid aan op te hangen.

Belangrijk voor politieke mandatarissen is dat er een groot draagvlak voor is.’ Die ervaring delen heel wat proefgemeenten. ‘Het is een gestaag proces dat start bij het informeren van de beleidsmensen, medewerkers en burgers,’ weet Alain Top. ‘Draagvlak creëren is belangrijk. Door de SDG’s als beleidsdoelstellingen te hanteren rapporteren we via de beleids- en beheerscyclus niet enkel over de voortgang van ons meerjarenplan, maar ook meteen over onze SDG-inspanningen. Winst voor alle partijen dus.

De uitdaging blijft om de SDG’s regelmatig in de kijker te plaatsen en de aandacht niet te laten verslappen. Zo worden de mensen regelmatig opnieuw uitgedaagd om mee aan het SDG-verhaal te blijven schrijven.’ De ervaring in Deinze leert dat een mandaat hebben van het college van burgemeester en schepenen en het managementteam binnen de organisatie heel belangrijk is om draagvlakversterking en verankering te bereiken voor de implementatie van de SDG’s.

Jan Vermeulen: ‘Daarbij is het zinnig een afgevaardigde van deze organen in je SDG-stuurgroep op te nemen. Een cross-disciplinaire aanpak is een succesfactor en daarom is je SDG-stuurgroep het best samengesteld uit medewerkers van verschillende beleidsdomeinen. Betrek zeker ook de dienst communicatie erbij. Informeer op overlegorganen en spreek de diensten op maat van hun werking aan, neem deel aan netwerkmomenten in verband met de SDG’s, haal er lokale stakeholders zoals burgers, onderwijsactoren en bedrijven bij. Draagvlak creëren en onderhouden op lange termijn is een grote uitdaging, maar dat zijn prioriteiten stellen, doelen concreet maken en voortgang bepalen evenzeer. Monitoring en het ontwikkelen van een dashboard wordt een van de volgende uitdagingen, want meten is zoals bekend weten.’

‘Elke verandering brengt weerstand met zich mee,’ weet ook Koen Metsu. ‘Laat je daar niet door afschrikken. Vertrek vanuit het bestaande werkkader. Laat zien dat de SDG’s belangrijk zijn om ambitieuzer en duurzamer beleid te voeren, zonder dat de planlast daarom te hoog moet worden. Denk op lange termijn, laat zien dat dagelijkse beslommeringen over tien jaar irrelevant zullen zijn. Daarmee bewust omgaan helpt om de juiste prioriteiten te stellen en ernaar te handelen. Verder is het belangrijk om als SDG-ambassadeur je stoute schoenen te durven aantrekken en op vergaderingen pertinente vragen te stellen.’

 

Flash forward: 2030

Hoe ziet de duurzame gemeente eruit over minder dan tien jaar? Op veel plekken loopt de toekomstvisie gelijk, al dan niet met uitgesproken plaatselijke accenten. Volgens Koen Metsu zullen we ons in Edegem anno 2030 vlot, veilig en duurzaam kunnen verplaatsen: ‘Dankzij slim beleid is de modal shift een feit en zijn multimodaliteit en combimodaliteit realiteit. Inwoners, verenigingen, ondernemers en politici hebben een duurzame reflex. Ze gaan op basis van duurzame argumenten met elkaar in gesprek. Duurzaamheid en sociale inclusie gaan hand in hand. Verder is de circulaire economie een feit dankzij de resultaten van wat nu nog proefprojecten zijn, zoals het stadslandbouwinitiatief Voedsel+dorp. Op onze voormalige rugbysite willen we een eetbaargroenproject realiseren dat verschillende doelstellingen dient, zoals het stimuleren van de lokale economie, behoud van groen en biodiversiteit, CO2 -reductie en het versterken van het sociaal weefsel.’

Harelbeke hoopt het tegen dan in de eerste plaats beter te doen voor mensen die in armoede leven, te beginnen bij de jongste inwoners. Alain Top: ‘Door hen en hun gezin te ondersteunen willen we hen dezelfde kansen geven als het doorsneegezin. We spitsen ons toe op het basisonderwijs om zo laagdrempelig mogelijk contact te maken met kansengroepen. Wat economie betreft is het in deze digitale tijden een uitdaging voor lokale handelaars om zich in het centrum en de deelgemeenten te vestigen. Toch brengt onze stadskernvernieuwing een nieuwe wind in het centrum. We hopen dat de transformatie van onze stad mensen opnieuw van hun scherm naar buiten lokt, en dat ze lokaal kopen.’

Nog in Harelbeke zien ze in 2030 de inspanningen voor duurzame mobiliteit, ontharden en vergroenen beloond. ‘Ook intern willen we onze voetafdruk absoluut verkleinen, door in te zetten op vergroening van ons patrimonium en het wagenpark,’ zegt Alain Top. ‘Het spreekt voor zich dat onze ruimtelijke plannen die nu worden aangepast aan Agenda 2030, een langetermijnvisie willen borgen. De duurzame gemeente zal er in 2030 een stuk groener uitzien, en uitnodigen tot wandelen en fietsen, wat de levenskwaliteit van onze burgers ten goede komt.’

Vergroening, ontharding, duurzame mobiliteit en sociale inclusie zijn ook punten die worden aangestipt in Huldenberg. ‘Ik hoop dat een aantal processen die nu al in gang zijn gezet, op kruissnelheid komen,’ aldus Danny Vangoidtsenhoven. ‘Ons eigen patrimonium draait nu al grotendeels op hernieuwbare energie en we streven hetzelfde na bij onze socialehuisvestingsmaatschappij(en). We vergroenen ons wagenpark en doven openbare verlichting ’s nachts.

Met ons hemelwater- en grondwaterplan verduurzamen we waterhergebruik en voorkomen we erosie. We ontharden zoveel mogelijk en zijn van plan om onze dorpskernen te verdichten, zonder de dorpscharme te verliezen. Door te investeren in trage wegen en zachte verbindingen mikken we op een halvering van het autoverkeer. Groen-blauwe netwerken die waterlopen, bossen en kleinere landschapselementen verbinden, verbeteren de levenskwaliteit in Huldenberg. Door te blijven sensibiliseren en hen te begeleiden naar toelagen en groepsaankopen, hoop ik dat ook onze inwoners in 2030 de klik hebben gemaakt. Maatschappelijk trekt ons recente zorgwensplan iedereen mee op de kar. Onze diensten en vele vrijwilligers maken het mogelijk dat ouderen zo lang mogelijk prettig in hun eigen omgeving kunnen wonen, dat we lokaal de armoede in de hand hebben en dat iedereen de kans krijgt om deel te nemen aan ons sociale leven. We willen geen eiland worden, maar een veilige sociale thuishaven in een wijde wereld vol mogelijkheden.’

 

 

 

Scoren met de SDG-monitor

De SDG-monitor die IDEA Consult in samenwerking met de VVSG ontwikkelde, toont het SDG-profiel van de Vlaamse gemeenten. Met een algemene score van 49 zit bijvoorbeeld Huldenberg mee vooraan in het peloton, en daar zijn ze zeker tevreden over. ‘We scoren laag op betaalbare en duurzame energie,’ stelt Danny Vangoidtsenhoven vast. ‘We hebben geen windmolens door de nabijheid van de luchthavens en we zijn een landelijke gemeente en dus zijn er geen rendabele warmtenetten. Anderzijds hebben we verschillende projecten lopen in verband met de samenaankoop van duurzame energie. De score moet ik dus wat relativeren. Voor “eerlijk werk en economische groei” net hetzelfde: in Huldenberg zijn vooral kleine zelfstandigen gevestigd die het zeer goed doen, maar het werkaanbod in onze gemeente is eerder gering.’

Wat klimaat betreft was Huldenberg bij de eerste Vlaams-Brabantse gemeenten om het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen. Samen met de omliggende gemeenten is het ook actief in de Klimaatalliantie Druivenstreek die inzet op wijkrenovatieprojecten met particulieren. ‘Hoe dan ook, als we een duurzame wereld willen doorgeven aan de generatie na ons, mogen we ons niet blindstaren op lage scores maar moeten we net een tandje bij steken,’ concludeert de burgemeester.

Voor Harelbeke is de SDG-monitor vooral een waardevolle barometer als omgevingsanalyse. ‘Als lokaal bestuur heb je niet altijd impact op de indicatoren die worden gebruikt, maar het geeft natuurlijk een beeld hoe je je als stad of gemeente verhoudt tegenover anderen,’ vindt Alain Top. ‘Aanvullend op de SDG-monitor hebben we in Harelbeke lokale SDG-indicatoren geformuleerd, die op een lager niveau de impact van ons beleid in beeld brengen.’—

 

Andreas Van Peteghem en Jules De Winter zijn VVSG-stafmedewerkers Internationaal
Voor Lokaal 12 | 2021

Meer van dit: Cultuur en erfgoed in een duurzaam netwerk

 

Wil jij ook een tandje bij steken in jouw gemeente? Contacteer internationaal@vvsg.be voor ondersteuning bij de opstart van je SDG-werking of bekijk alle SDG-info, -materiaal en -vorming op www.vvsg.be/SDG

Week van de Duurzame Gemeente

 

Net als ieder jaar organiseerde de VVSG tijdens de derde week van september de Week van de Duurzame Gemeente. Deelnemende gemeenten hangen dan een week lang de SDG-vlag uit aan het gemeentehuis en zetten lokale ‘duurzame helden’ in de kijker. De helden zijn burgers, scholen, bedrijven of organisaties die op hun manier bijdragen aan de SDG’s. Zij worden tijdens die week (en meestal ook lang nadien) de lokale gezichten van de globale doelstellingen

Deelnemers ontvangen campagnemateriaal van de VVSG en organiseren vaak ook zelf originele activiteiten om de inspanningen van hun helden bekend te maken. Leer alle Duurzame Gemeenten en hun helden kennen op www.duurzamegemeente.be. De Vlaamse campagne krijgt sinds 2020 bijval in Nederland met de ‘Global Goals Vlaggendag’ en krijgt ook grote weerklank op internationale fora.