De meeste vorderingen tot uithuiszettingen komt voor op de private huurmarkt. Achterstallige huurgelden zijn de voornaamste aanleiding voor de verhuurder om naar de vrederechter te stappen en een verbreking van de huurovereenkomst, al dan niet met uithuiszetting, te vragen.
De 'wet op de humanisering van de gerechtelijke uithuiszetting' (1998) voorziet dat het OCMW steeds op de hoogte moet worden gebracht van elke vordering tot gerechtelijke uithuiszetting bij het vredegerecht. Het OCMW heeft de opdracht op om op de meest aangewezen wijze en binnen zijn wettelijke opdracht hulp aan te bieden. Dit is geen makkelijke opgave. De melding van de vordering komt vaak slechts enkele dagen voor de zitting toe op het OCMW, waardoor er nog maar weinig tijd is om tot een oplossing te komen. Anderzijds is de relatie tussen huurder en verhuurder op het moment van de vordering tot uithuiszetting vaak al zo sterk verzuurd dat een effectieve oplossing niet meer realistisch is. De handelingsmarge van een OCMW is bijgevolg zeer beperkt. Minimaal contacteren de OCMW's de huurders, hetzij via brief, hetzij persoonlijk indien mogelijk. De OCMW's stellen vast dat dit vaak weinig resultaten oplevert.
Verschillende OCMW proberen sneller op de bal te spelen en willen meer preventief werken. Zo organiseert de stad Antwerpen gratis huurbemiddeling en werkt men in het Waasland intergemeentelijk aan preventie van uithuiszetting en een woon- en zorgcontinuüm opgemaakt.
Het nieuwe Fonds ter bestrijding van uithuiszettingen kan eveneens een meer preventief instrument zijn die de OCMW's kunnen gebruiken om uithuiszettingen te gebruiken.
Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen (FBU)
Evaluatierapport Steunpunt wonen
Steunpunt Wonen maakte in 2022 een evaluatie van het FBU. Zij besluiten dat het Fonds ter Bestrijding van uithuiszettingen een waardevol en relevant instrument is, maar er zijn nog een knelpunten wat betreft de technische efficiëntie, kosteneffectiviteit en vooral het beperkte doelbereik. Dit komt onder andere door een te geringe communicatie over het systeem.
Belangrijk punt in de evaluatie is de vraag naar voldoende (meer) instrumenten om structurele problemen van betaalbaarheid op de private huurmarkt aan te pakken. Daardoor zullen risico’s op uithuiszetting onder de huurderspopulatie globaal kunnen afnemen en de mogelijkheden voor begeleiding naar betaalbare, kwaliteitsvolle alternatieven versterken. Vandaag zijn hulpverleners immers vaak genoodzaakt louter remediërend te werken en kunnen ze zich soms enkel focussen op de meest acute dossiers.
Het evaluatierapport concludeert dat het FBU conceptueel goed in elkaar, waarbij de autonome opvolging door het OCMW ruimte biedt voor maatwerk voor elke situatie. Maar het rapport wijst er op dat er nood is aan meer samenwerking tussen (lokale) actoren, net als dat meer ondersteuning vanuit het gewest een antwoord kan bieden op problemen die samenhangen met de schaalgrootte van (sommige) OCMW’s.
Lees hier het volledige rapport
Webinar en artikel over het FBU
In mei 2020 zetten de VVSG en Wonen in Vlaanderen de belangrijkste elementen van het FBU op een rij in een webinar. In een webinar werd dieper ingegaan op een aantal vragen zoals
- wat is het nut van dit fonds?
- hoe kunnen OCMW’s ermee omgaan?
- hoe zit de regelgeving in elkaar?
Bekijk hier de powerpoint van het webinar.
Lees hier het artikel over het FBU dat verscheen in Lokaal van april 2020.
Op de webiste van Wonen in Vlaanderen vind je als lokaal bestuur alle info hier en voor de burger hier.
- de veelgestelde vragen en antwoorden
- de handleiding met daarin video's