lokaal_20230901_18_prolocus.png
Provider image

In 2022 beslisten de Vlaamse lokale besturen massaal om de aanvullende pensioenen van hun contractanten zelf te beheren. Op initiatief van de VVSG vond de sector hiervoor een partner in OFP Provant, een pensioenfonds met ruim tien jaar ervaring in het beheer van aanvullende pensioenen voor het Antwerpse provinciebestuur en een aantal lokale besturen in de provincie Antwerpen.

OFP Prolocus is het kind van dit partnerschap. We blikken terug op het voorbije anderhalve jaar en duiden markante cijfers uit het eerste jaarverslag, dat de algemene vergadering op 23 juni goedkeurde.


Met het politieke akkoord tussen de VVSG en de raad van bestuur van OFP Provant in oktober 2021 begon het fonds aan een dolle rit. Het zou immers op zowat alle parameters acht tot tien maal groter worden. Om die kwantumsprong mogelijk te maken werden er tussen december 2021 en juli 2022 vier (soms ‘buitengewone’) algemene vergaderingen gehouden. De raad van bestuur kwam tussen oktober 2021 en juli 2023 twaalf keer samen, en kreeg in juni 2022 een aangepaste samenstelling.

 

Het fonds verwerkte de toetreding van zowat 670 publieke werkgevers. Daarnaast kwamen er een duurzaamheidscharter en een beleggingsaanpak voor de verschillende vermogens. Tegelijkertijd maakte OFP Prolocus afspraken met sociale secretariaten, met de RSZ, de Kruispuntbank Sociale Zekerheid en met zijn eigen dienstverleners die instaan voor de zogenaamde pensioenadministratie. De doorstroom van gegevens die vertrekken bij de publieke werkgever en via verschillende stations versluisd worden naar het fonds, is immers essentieel om de besturen correct te kunnen laten bijdragen, en aan het eind van de rit voor de contractant een juiste uitkering te kunnen uitbetalen.


Ook achter de schermen bracht de uitbreiding veel met zich mee: zowat alle contracten met externe dienstverleners moesten worden herzien en de interne personeelsbezetting moest en moet worden versterkt. Daarnaast werden er enkele specifieke projecten opgestart: een nieuw webplatform, een strategie voor gemeenten met fusieplannen en een uitgewerkt aanbod voor de historische Provant-besturen om over te stappen naar de pensioentoezegging van recent toegetreden besturen van de VVSG-groep. Dagelijks bestuur en raad van bestuur volgen de projecten, de interne werking en de kostenevolutie nauwgezet op.

Het lokale publieke landschap is divers en bestaat uit grote en kleinere spelers. Dit vergt veel van OFP Prolocus op het vlak van communicatie, maar ook bij praktische en financiële kwesties zoals de regeling voor de bijdrage in de werkingskosten.


Voorzichtigheid en duurzaamheid

De Vlaamse lokale besturen willen een voorloper zijn op het gebied van duurzaamheid en hechten er belang aan dat het fonds bij het beheer van hun bijdragen een toegevoegde waarde levert aan de realisatie van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties. Zie hierover het artikel in het februarinummer van Lokaal. In het jaarverslag staat hierover een geconsolideerd rapport, al gebeurde dit voor 2022 nog maar alleen voor het Provant-gedeelte van het fonds. Op 31 december 2022 had OFP Prolocus immers nog geen gelden doorgestort gekregen van de RSZ die betrekking hebben op de nieuwe toetreders. Die vertraging in de financiële stromen had het enorme voordeel dat het slechte beursresultaat van 2022 aan het vermogen van de VVSG-besturen is voorbijgegaan, maar ook dat OFP Prolocus de kans had om na een uitgebreide studie – een zogenaamde ALM – de risicoappetijt van de Vlaamse lokale besturen en de verwachte verplichtingen van deze besturen op elkaar af te stemmen en in een beleggingsstrategie te vertalen.


Bij een ALM-studie wordt nagegaan wat de ideale beleggingspolitiek is, op basis van enerzijds het risico dat besturen willen nemen, en anderzijds de verplichtingen die het fonds en de besturen, rekening houdend met een bepaald gewenst rendement, willen financieren. Het resultaat is de strategische activa-allocatie, de ‘SAA’ in het jargon van het fonds.


Het beleggingscomité van het fonds, met ook vertegenwoordigers van enkele lokale besturen, liet zich hierbij adviseren door Vlerick-professor Jan Longeval en stelde aan de raad van bestuur en de algemene vergadering voor om de eerstvolgende drie jaar in te zetten op 38% risicodragende activa (hoofdzakelijk aandelenfondsen, maar ook een beperkt aandeel vastgoedfondsen en niet-beursgenoteerde activa) en 62% vastrentende activa (overheids- en bedrijfsobligaties). De vermogensbeheerders van het fonds zijn ondertussen met deze richtlijnen aan het werk, nadat de RSZ begin april de eerste gelden had doorgestort.

Het fonds wil een voorloper zijn in duurzaam beleggen. De vermogensbeheerders krijgen op dat vlak strenge normen opgelegd.


Moeilijke bevalling, mooi kind

Op 31 december 2022 waren 268 van de 300 Vlaamse gemeenten en OCMW’s aangesloten bij OFP Prolocus. Op een haar na is dat dus een marktaandeel van 90%. Ook twaalf van de dertien Vlaamse centrumsteden zijn erbij. Maar het lokale publieke landschap is divers en bestaat uit grote en kleinere spelers. Dit vergt veel van het fonds op het vlak van communicatie, maar ook bij praktische en financiële kwesties zoals de regeling voor de bijdrage in de werkingskosten.

 

Uiteindelijk kwam er een kostenbijdrage tot stand die een combinatie is tussen een forfait per werkgever en een bedrag per aangeslotene om een evenwicht te vinden tussen die grote en de kleine besturen. Voor de hele kleintjes is er een gunstregeling. In totaal verenigt OFP Prolocus 757 besturen als ‘bijdragende entiteiten’. Naast gemeenten en OCMW’s zijn dat onder meer nog OCMW-verenigingen, autonome gemeentebedrijven, projectverenigingen en hulpverleningszones.


OFP Prolocus voorziet in een aanvullend pensioen voor 88.800 actieve aangeslotenen, dit zijn contractuele medewerkers die op 31 december 2022 in dienst van een bijdragend bestuur waren. Zowat 14% van hen is tussen de 55 en de 60 jaar oud, dit is de grootste groep. Er wacht de besturen en het fonds dus op relatief korte termijn een golf van pensioneringen. De twee onmiddellijk jongere groepen (45 - 50 en 50 - 55) zijn merkelijk kleiner, maar daarna volgen er weer drie vijfjarige periodes die samen goed zijn voor zowat 39% van de populatie, allemaal contractanten die nu tussen de 30 en de 45 jaar zijn. Het overwicht van vrouwelijke contractanten in de populatie is aanzienlijk, zowat 71% van het totaal.

 

OFP Prolocus belegt veel, zeg maar heel veel, publiek geld. In het duurzaamheidscharter staat dat het fonds een voorloper wil zijn in duurzaam beleggen. De vermogensbeheerders krijgen op dat vlak strenge normen opgelegd. OFP Prolocus monitort ook voortdurend de doelstellingen die in het charter geformuleerd zijn. Zo bedraagt de CO² -voetafdruk (de uitstoot van broeikasgassen van bedrijven in ton CO² per miljoen euro belegd vermogen) minder dan de helft van de norm in de markt, de zogenaamde benchmark. Ook wat betreft de manier waarop OFP Prolocus met zijn investeringen bijdraagt aan de duurzameontwikkelingsdoelstellingen, zijn de prestaties beduidend beter dan de benchmark, zeker voor SDG 3 (gezondheid), 7 (duurzame energie), 9 (industrie, innovatie en infrastructuur) en 13 (klimaatactie).

 

OFP Prolocus sloot het boekjaar 2022 af met een balanstotaal van 198.784.466 euro, een middelgrote omvang in het landschap van de Belgische pensioenfondsen. Belangrijker is echter dat de inleg van de besturen snel zal evolueren naar zowat 100 miljoen euro per jaar. Deze jaarlijkse inleg is bij de hoogste in het Belgische fondsenlandschap. Het zal ook nog een hele tijd duren eer het fonds ook significante bedragen moet uitbetalen. Aan het huidige ritme en op basis van de organische groei van het aantal contractanten en de bijdragevoeten wordt OFP Prolocus dus snel heel groot. —

Peter Sommen is gedelegeerd bestuurder OFP Prolocus | Beeld Tom Cornille
Voor Lokaal 09 | 2023

Eerste uitbetalingen

Enkele dagen voor de jaarvergadering van OFP Prolocus op 23 juni 2023 ontvingen de eerste gepensioneerden uit de VVSG-groep hun kapitaal. Dit aanvullende pensioen(tje) heeft betrekking op de periode dat hun werkgever een bijdrage in het fonds heeft geleverd, en dit vanaf 1 januari 2022. De cirkel is daarmee rond, het OFP geraakt hiermee beetje bij beetje op kruissnelheid. Voor alle duidelijkheid: contractanten die op pensioen gaan bij besturen die vroeger ook bij de groepsverzekering Ethias/ Belins waren aangesloten, krijgen ook van daaruit nog een aanvullend pensioen, maar dit staat los van OFP Prolocus.