Auteur: Lieselot Decalf
Gepubliceerd op: 08-06-2022
Het jaarlijkse schooltoneel, klaaskoeken bakken, driekoningen zingen of dansende reuzen: het zijn voorbeelden van immaterieel erfgoed. Het gaat om gewoontes, kennis en praktijken die mensen hebben meegekregen en willen doorgeven voor de toekomst. Dit wil niet zeggen dat immaterieel erfgoed altijd hetzelfde blijft. De mensen die dit erfgoed gebruiken of toepassen, veranderen – net zoals de samenleving waarin het erfgoed leeft. De eerste keer dat de Vlaamse overheid besloot om een beleidskader voor dit type erfgoed ‘dat je niet kan vastpakken’ uit te werken, was in 2010. Enkele jaren daarvoor had België de “Unesco-conventie 2003” voor het borgen van immaterieel erfgoed geratificeerd. De voorbije tien jaar was de visietekst de referentie voor al wie rond immaterieel erfgoed actief was. Met steun van de Vlaamse overheid kwam er een Werkplaats voor immaterieel erfgoed, en heel wat lokale besturen gingen met hun erfgoedgemeenschappen aan de slag rond tradities, eetgewoonten, sport, spel en feestelijkheden.
Nu is er een vernieuwde visietekst, die de Vlaamse minister van Cultuur voorstelde tijdens het evenement ‘Leve immaterieel erfgoed!’ op 28 mei 2022. Vanuit de analyse van het huidige beleid, zijn in de visietekst acht prioritaire uitdagingen geformuleerd. Daarbij gaat veel aandacht naar het versterken, verduurzamen en bekender maken van erfgoedpraktijken - dit telkens samen met de betrokken erfgoedgemeenschappen.
Lees meer over de inventaris immaterieel erfgoed Vlaanderen
De Ultima 2021 in de categorie roerend en immaterieel erfgoed voor de Borgerhoutse reuzenstoet