Auteur: Jan Leroy
Gepubliceerd op: 30-06-2021
Indien alles loopt zoals gepland, kan de vereffening van de Gemeentelijke Holding in de loop van 2022 afgerond zijn. Dat bleek uit de toelichting van de vereffenaars tijdens de algemene vergadering van 30 juni 2021.
De Gemeentelijke Holding, die voor 100% in handen is van de gemeenten en provincies, kwam tot stand toen het Gemeentekrediet in 1996 na de alliantie met Crédit local de France de beursgenoteerde bank Dexia werd. De participatie in Dexia bleef, ondanks de diversificatie van de portefeuille, het belangrijkste actief bestanddeel van de Holding. Toen Dexia bij de bankencrisis in 2008-2009 bijna kapseisde, ging ook de Gemeentelijke Holding eronderdoor, ondanks de kapitaalverhoging van 2009.
De Gemeentelijke Holding ging daarop in vereffening. De vereffenaars namen de bevoegdheden van de raad van bestuur over. Hun belangrijkste opdracht is de realisatie van de activa en het vertegenwoordigen van de Holding in rechtszaken.
Uit de jaarrekening van 2020 blijkt dat de Gemeentelijke Holding vandaag een negatief eigen vermogen heeft van 974 miljoen euro. De belangrijkste schuldeiser van de Holding is Belfius. De bank heeft trouwens ook een pand op de meeste activa.
De afbouw van de portefeuille van de Gemeentelijke Holding is zo goed als rond. De enige resterende participatie (Solux Invest) wordt wellicht nog dit jaar te gelde gemaakt. De afloop van de vereffening is ook afhankelijk van twee rechtszaken. Zo vechten de gemeenten Linkebeek en Schaarbeek de kapitaalverhoging van 2010 aan. In eerste aanleg kregen ze ongelijk, maar ze gingen in beroep. Een arrest volgt wellicht pas eind dit jaar of begin 2022. De Gemeentelijke Holding kreeg op 28 juni 2021 wel gelijk in een geschil met de Federale Participatiemaatschappij. Als die geen Cassatieberoep aantekent, is ook die zaak afgerond.
Zijn er dan helemaal geen financiële gevolgen meer voor de gemeenten? In elk geval zijn ze hun inleg in de Gemeentelijke Holding helemaal kwijt. Anderzijds moeten ze niet opdraaien voor het zwaar negatieve eigen vermogen. Mogelijks kunnen ze wel nog rekenen op een stukje van de in 2010 toegekende maar nooit uitbetaalde preferentiële dividenden van in totaal 17,5 miljoen euro.