Auteur:

Gepubliceerd op: 22-11-2023

Desondanks er opnieuw een aanslag is kunnen gebeuren, hebben de verschillende overheden in ons land de voorbije jaren belangrijke stappen gezet om gewelddadige radicalisering op te sporen en aan te pakken. Toch moeten ze nog veel meer samenwerken. Lokale besturen vragen meer ondersteuning om met signalen van radicalisering om te kunnen gaan. Dat zei de VVSG vandaag op een hoorzitting van de commissie radicalisering in het Vlaams Parlement naar aanleiding van de aanslag in Brussel op 16 oktober 2023.
 

Meer afstemming en middelen

De afgelopen jaren is er veel goed werk verricht, wat heeft bijgedragen aan een veiligere samenleving. Toch is er nog ruimte voor verbetering. Zo werken de verschillende overheden te vaak los van elkaar en ontbreekt er een gemeenschappelijke visie om het fenomeen bij de wortel aan te pakken. In België is het federale niveau bevoegd voor het veiligheidsbeleid, terwijl de regionale (Vlaamse) overheid zich toespitst op preventie. Er is daar duidelijk behoefte aan een betere afstemming.

Die afstemming is ook nodig als het gaat over de ondersteuning van de lokale besturen. Die vangen signalen van radicalisering vaak als eerste op. Lokale besturen zijn te vaak de speelbal van korte termijn-subsidiestromen, waarbij federale en regionale middelen niet op elkaar zijn afgestemd.

De federale middelen die gemeenten ontvangen in het kader van de strategische veiligheids- en preventieplannen zijn al tientallen jaren niet meer verhoogd, noch geïndexeerd. In 2018 wees de parlementaire onderzoekscommissie terroristische aanslagen al op de noodzaak om een structureel beleid uit te stippelen met terugkerende budgetten voor de lokale overheden.

Vlaanderen doet inspanningen om dit historisch tekort weg te werken, maar door het gebrek aan een gemeenschappelijke visie blijven de budgetten helaas beperkt in omvang en tijd. Als we de veiligheid en leefbaarheid van ons land niet in gevaar willen brengen, is er nood aan een betere stroomlijning van preventieve middelen met een duidelijke gecoördineerde visie. Die is nodig om dit werk van lange adem aan te kunnen.
 

Nood aan connectie tegen desinformatie en wantrouwen

Verder wijst de VVSG ook op nieuwe maatschappelijke uitdagingen. De coronaperiode met vrijheidsbeperkende maatregelen deed het wantrouwen van burgers in de overheid toenemen. Het doorbreken van die cirkel vormt een cruciaal element om het vertrouwen van de burger terug te winnen.

Volgens cijfers van Statistiek Vlaanderen heeft de Vlaamse burger nog het meeste vertrouwen in de lokale overheid. Het schept kansen voor lokale spelers en besturen om connectie te maken en het vertrouwen in de democratie te herstellen. Onder krasse uitspraken en verwensingen op sociale media schuilen immers vaak gevoelens van frustratie: mensen voelen zich niet gehoord of niet erkend op persoonlijk vlak, ze voelen zich eenzaam of machteloos. Daarbij kunnen lokale besturen net een dam vormen tegen verdere escalatie door tijdig in dialoog te gaan of, als dialoog niet langer mogelijk is, een geschikte opvolging, bemiddeling of begeleiding op te starten. Bovendien speelt het preventiebeleid zich steeds meer af op het online dorpsplein.

Gemeenten gaan de strijd aan tegen onlinehaat, complottheorieën en desinformatiecampagnes, maar kunnen dit niet alleen. Daarom is ook hiervoor nood aan een gecoördineerde aanpak met steun van bovenlokale spelers en sociale mediaplatformen.

 

Werking lokale integrale veiligheidscel inzake radicalisme, extremisme en terrorisme (LIVC R)

Tot slot ging de VVSG ook in op de werking van de lokale integrale veiligheidscel inzake radicalisme, extremisme en terrorisme (LIVC R). Vandaag heeft 90% van de Vlaamse gemeenten een dergelijk overlegplatform geïnstalleerd om personen die radicaliseren (met risico op geweld) te bespreken en een begeleiding op maat uit te werken. Een goedwerkend LIVC R kan immers een belangrijk middel zijn om veiligheids- en samenlevingsvraagstukken te bespreken en aan te pakken.

De VVSG ziet een positieve evolutie in de samenwerking op lokaal niveau, maar haalt ook aan dat er nog verbeterpunten zijn. Zo hebben vandaag niet alle gemeenten een even actieve werking en zijn er nog een aantal gemeenten die nog geen dergelijke overlegtafel hebben. Daarom ondersteunt de VVSG steden en gemeenten bij de opstart of optimalisatie van hun lokale werking. Zo wordt er in het kader van het begeleidings- en coachingstraject LIVC R in nauw overleg met de gemeente bekeken welke structuur en werking het best kan worden uitgewerkt.

Maarten De Waele