Auteur: Michiel Apers
Gepubliceerd op: 13-01-2023
In de Commissie Mobiliteit en Openbare Werken (12/01/2023) van het Vlaams Parlement meldde minister Peeters dat wat betreft deelsystemen tot een verregaande autonomie per vervoerregio is beslist.
Concreet betekent dit dat elke vervoerregio de autonomie krijgt om zelf te beslissen in welk model ze wil stappen om deelsystemen te organiseren. Zo zijn er vervoerregio’s (o.a. Mechelen) die aangeven te willen inspelen op het aanbod via de bestaande raamovereenkomst van Lantis. Andere regio’s hebben dan weer een voorkeur om te werken via een raamovereenkomst van een intercommunale (o.a. Westhoek), via een pen-voerende instantie (gemeente/intercommunale) binnen één vervoerregio of via de provincie. Er zijn dus verschillende mogelijkheden voor de uitrol van de deelsystemen en niet voor elke vervoerregio zal elk operationeel scenario mogelijk of wenselijk zijn. Door voor autonomie per vervoerregio te kiezen, kan de vervoerregio zelf beslissen met welke deelsysteempartners ze in zee wil gaan en kan ze waar mogelijk ook snel inspelen op een bestaand samenwerkingsmodel of contract, om zo op een vlottere manier de uitrol op het terrein te verzekeren.
Aan het Departement MOW is gevraagd om met alle vervoerregio’s in dialoog te treden over hun voorkeursscenario, om na te gaan of er al een beslissing bekend is, en hoe er op een vlotte manier juridisch gevolg aan deze beslissing kan worden gegeven. VVSG zal er mee op toezien dat de budgetten, voorzien voor de deelsystemen, ingezet kunnen worden door de vervoerregio’s.
Minister Peeters is ervan overtuigd dat op deze manier tegemoet gekomen wordt aan de ambities van de vervoerregio’s, het eigenaarschap van de vervoerregio’s wordt versterkt en – in fine – een versnelling in de uitrol van deelsystemen mogelijk gemaakt.
Michiel Apers - stafmedewerker regionaal mobiliteitsbeleid