De Vlaamse Regering start binnenkort de besprekingen omtrent de concrete uitwerking en de uitvoeringsbesluiten i.v.m. energiegemeenschappen. Dit gebeurt na de recent bepaalde decretale principes voor energiegemeenschappen. De steden en gemeenten spelen een actieve rol in de overgang naar een klimaatneutrale samenleving. Bijgevolg werd het thema opgenomen in het verkiezingsmemorandum van de VVSG onder de noemer Lokale hernieuwbare energie. Hierin vroeg de VVSG aan de centrale overheden om voluit de mogelijkheden te creëren om lokale hernieuwbare energie mogelijk te maken en eigen gemeentelijke keuzes hierin te maken (zonne-delen, gradaties, in participatie bij windprojecten).
In 2019 lanceerde de VVSG tijdens de Klimaatdag ook een duurzaamheidspact voor klimaat en sociale samenhang, dat de steden en gemeenten met de Vlaamse regering wilde afsluiten. In dit pact worden sterke klimaatmaatregelen gecombineerd met acties rond sociale cohesie en inclusie, energie, ruimtelijke ordening, economie, mobiliteit, …. Energie is een cruciaal onderdeel van dit Duurzaamheidspact.
Beide nota’s vormen een sterke basis om de rol en de stem van de lokale besturen te vertegenwoordigen. Op basis daarvan en de nodige besprekingen met haar leden heeft de VVSG een standpunt omtrent de energiegemeenschappen geschreven. Hierin staan een aantal belangrijke principes waar best rekening met wordt gehouden in de nakende uitvoeringsbesluiten.
Lees het Standpunt "Energiegemeenschappen: een aantal principes voor toekomstige wetgeving".
In dit standpunt geeft de VVSG aan dat de energiegemeenschappen ons zoveel mogelijk moeten helpen om de transite naar een klimaatneutrale samenleving te realiseren. Daarom stellen we 10 aandachtspunten voorop:
1. Realiseer de energiegemeenschappen maximaal via het bestaande net waardoor de energietransitie door solidarisering op een sociale manier vorm krijgt.
2. Zet de energietransitie dusdanig in zodat de sociale ongelijkheid verkleint en we iedereen in de maatschappij meekrijgen in de omschakeling.
3. De lokale energiehuizen staan het dichtst bij de burger en zijn ideaal geplaatst om te begeleiden, ontzorgen en aan te zetten tot energie efficiëntie en de renovatiegraad te verhogen.
4. Via de energiegemeenschappen verwachten we een systeem, bijvoorbeeld door energiedelen, waarbij het maximaliseren van de productie van hernieuwbare energie voorop staat.
5. Zorg voor een eenvoudige en gemakkelijk te implementeren regeling, zodat iedereen de principes van de energiegemeenschappen eenvoudig kan begrijpen.
6. Lokale besturen hebben het beste zicht op de lokale situatie en moeten een sturende en beslissende rol spelen bij het tot stand komen van warmtenetten op hun eigen grondgebied
7. Net zoals bij eengezinswoningen, is het bij meersgezinswoningen en appartementen belangrijk dat heffingen en distributiekosten pas aangerekend worden zodra de opgewekte energie het gebouw verlaat, en niet aangerekend worden tussen de verschillende tellers binnen hetzelfde gebouw.
8. Geef mogelijkheden om in te zetten op peak shaving, flexibiliteit, buurtbatterijen… door bijvoorbeeld gebruik te maken van de flexibele opslagcapaciteit van elektrische deelwagens. Op deze manier zet je zowel stappen vooruit binnen de energietransitie en flexibiliteit alsook binnen de mobiliteit en het ruimtegebruik.
9. Scheid, in de wijze waarop je de energiekosten aanrekent, zoveel mogelijk de component energie van de andere kosten en belastingen. Kies voor een tarifering waarbij duurzame energie bevoordeeld wordt ten opzichte van energie die een fossiele uitstoot genereert.
10. Lokale besturen kunnen, samen met burgers en lokale bedrijven, uitgaande van de sterktes van de verschillende organisatiemodellen, hun krachten bundelen om, vanuit de energiegemeenschappen en via de methodiek van positieve energie districten de nodige versnelling te realiseren tot het nakomen van de engagementen van de Burgemeestersconvenanten.
Voor verdere vragen kan je steeds contact opnemen met cedric.depuydt@vvsg.be