Lokale besturen hebben de handen vol met grote bouwprojecten, renovaties en onderhoud van hun patrimonium. Vaak zijn er daarvoor al handen te kort, waardoor het actief energiebeheer en monitoring onvoldoende of niet kan worden opgenomen. Dat betekent dat kleine besparingen niet worden gerealiseerd, tenzij er extra handen en hoofden worden opgezet, maar daar zijn vaak geen middelen voor. Een patstelling die we met dit pilootproject “rollend capaciteitsfonds” willen doorbreken.
Het pilootproject
Factor4 werd als studiebureau ingeschakeld om in 4 lokale besturen (Genk, Vilvoorde, Pelt en Ravels) met extra mankracht te kunnen werken in een 5-tal gebouwen per gemeente op “geen spijt” energiebesparende maatregelen. Het gaat typisch om maatregelen die zich in minder dan 2 jaar terugverdienen en die zonder ingrijpende gevolgen voor gebouw en gebruik kunnen worden geïmplementeerd zoals (niet limitatief):
- kringtemperaturen van verwarmingsinstallaties zo laag mogelijk instellen (stooklijnen aanpassen)
- koelwatertemperaturen verhogen
- kloksturing optimaliseren van o.a. circulatiepompen, ventilatoren, thermostaten, ruimtes die wel/niet te verwarmen of koelen zijn…
Bedoeling is om aan te tonen dat met de opbrengst door besparingen het mogelijk is om structureel extra personeelscapaciteit vrij te maken voor actief energiebeheer en een energiezuinig patrimonium. Ook werd er via 2 sessies met diensten en beleid in elke pilootgemeente een (extra) impuls gegeven voor opmaak van een strategisch vastgoed plan. Er ligt immers heel wat werk op de plank om het bestaande patrimonium zo optimaal mogelijk te laten werken en vanuit gedetailleerde energieverbruiken en monitoring de nodige investeringsbeslissingen te onderbouwen met oog op een grondige koolstof neutrale renovatie die in lijn ligt met de 2030 en 2050 doelstellingen.
De aanpak van geen spijt maatregelen staat ook een latere grondige renovatie via (onderhouds) prestatie contracten (OEPC) niet in de weg én kan je in principe in elk gebouw opstarten ongeacht of er onzekerheid bestaat of men er binnen x jaar nog van gebruik zal (willen) maken. Daarom zijn dit net "geen spijt" maatregelen, ze zijn al dubbel en dik terugverdiend alvorens een eventuele beslissing tot verkoop is genomen.
De resultaten van het pilootproject
Het project ging van start in oktober 2021 – duurtijd 8 maanden- en is goed voor een bedrag van bijna 100.000 euro. Hiervan was 60.000€ (4x15.000€) voorzien voor begeleiding, het saldo werd voorzien om nodige monitoring en het aantonen van de besparingen te voorzien.
Intussen werd het eindrapport en de resultaten bezorgd aan de vier lokale besturen en de hoofdlijnen gepresenteerd op de VVSG Klimaatdag 13/10. Deze presentatie met de perspectieven vanuit VVSG- NEKL, Factor4 en pilootgemeente Vilvoorde kan u hier vinden.
Mede geholpen door de gestegen energieprijzen werd in elke gemeente de tijd voor ontzorging bijna volledig gerecupereerd, er zal 54.582€ (excl btw) terugrollen naar netwerk klimaat.
Het vervolg – oproep tot “pooling”
We werken momenteel volop aan de opschalingspistes, waarbij een “pooling” van meerdere kleine(re) gemeenten wordt beoogd. De bedragen die we in kleinere gemeenten kunnen besparen uit “geen spijt” maatregelen zijn meestal onvoldoende om een (deel van) VTE terug te verdienen. Zelfs niet na eventuele verdubbeling via de LEKPact middelen waardoor Vlaanderen voor de helft meefinanciert voor deze extra VTE.
Daarom lanceren we een eerste oproep aan lokale besturen om bij hun Streekontwikkelings intercommunale aan te kloppen en samen te bekijken of er met een 4 tal andere gemeenten deze bovenlokale ontzorging kan worden georganiseerd. Opnieuw met de ambitie om dit (met terugwerkende kracht) budgetneutraal te organiseren. De inzet van tijd door jullie IGS + Factor4 hopen we te kunnen recupereren uit de “geen spijt” maatregelen in jullie gebouwen.
Vanuit VVSG – NEKL stellen we opnieuw eenzelfde startbudget ter beschikking voor (extra) ondersteuning van een expert en ook onze inzichten en tijd om de leerlessen uit de piloot mee te geven. Maar dit is uiteraard onvoldoende om de volledige lokale ontzorging te voorfinancieren bij de 4 à 5 gemeenten.
Uw gemeente doet ongetwijfeld al beroep op jullie streekintercommunale voor diverse taken. Contacteer hen dus over hun eventuele plannen rond energie en publieke patrimonium, hoe dit mogelijks aansluit bij andere taken en energieprojecten…
We gingen de voorbije weken en maanden al in gesprek met diverse streekintercommunales en ook in de provincie Limburg bekijken we de opties samen met de provincie.
Wordt vervolgd, graag ook met uw lokaal bestuur !