Lieven Janssens: ‘Wat we hebben, willen we verankeren om als regio een living lab voor STEM te blijven en daarmee een robuuste basis te leggen voor de toekomst. Het sterkt ons dat we daarin door de Vlaamse overheid als prototype en voorloper worden erkend.’
Ondanks vele mooie initiatieven lopen nog te weinig jongeren warm voor een studierichting of beroep in de wetenschappen, technologie, wiskunde, techniek, productie of design. Maar, zo blijkt, lokale besturen kunnen dit potentieel helpen ontsluiten. ‘Lokale besturen hebben een belangrijke ondersteunende rol te spelen in het creëren en onderhouden van netwerken en partnerschappen tussen onderwijs- en onderzoeksinstellingen, ondernemers en bedrijven om jongeren over de brug te halen, maar ook door zelf STEM in te bedden in vrijetijdsactiviteiten zoals maakbiebs en zomerscholen.’
Aan het woord is Lieven Janssens, burgemeester van Vorselaar en voorzitter van de regionale projectvereniging STEM-Neteland. Neteland zelf is een regio van vijf Kempense gemeenten – naast Vorselaar zijn dat Herentals, Olen, Grobbendonk en Herenthout – die al op vele domeinen nauw samenwerken. Met de steun van VLAIO, het Vlaams Agentschap Innovatie & Ondernemen, bouwde Neteland een lokaal ecosysteem uit volgens het model van de vier O’s: onderwijs, onderzoek, ondernemerschap en overheid.
‘De overheid is in dit geval Neteland, tevens een pionier op het vlak van regiowerking,’ vertelt de burgemeester. ‘Op ons grondgebied willen we de katalysator zijn tussen enerzijds het enorme potentieel aan wetenschappelijke en technologische kennis in bedrijven, en anderzijds de wetenschapscommunicatie van Natuur & Wetenschap vzw, hogeschool Thomas More Vorselaar/Kempen en het interactieve doe-centrum over water Hidrodoe. We ontwikkelen interactieve STEM-trajecten en stellen die ter beschikking van STEM-academies over heel Vlaanderen.’
STEM-academie
De STEM-academie in eigen regio is een programma van buitenschoolse initiatieven dat Neteland bij jongeren promoot in samenwerking met leerkrachten van alle scholen uit de partnergemeenten en met andere vormingsorganisaties zoals het CLB, RTC en CVO. Projectmatig samenwerken met een sterke ondersteuning van lokale besturen was al een vaste traditie binnen het Netelandse scholenplatform, dat 37 directies telt over de verschillende netten heen. Daarmee was de basis al gelegd voor het engagement vanuit de scholen om ook mee te werken aan STEM-Neteland.
‘Met steun van de Koning Boudewijnstichting creëerden we een netwerk met de leerkrachten om de betrokkenheid te verhogen en hen ook mee wetenschaps- en technologie-minded te houden,’ legt Lieven Janssens uit. ‘De inbreng vanuit de lerarenopleiding van Thomas More is daarbij zeker een pluspunt. De leerkrachten uit de drie grote scholengroepen voor het secundair onderwijs hebben vorig jaar bij de herziening van de leerdoelen meteen tweemaal samengezeten en hebben afspraken gemaakt om lesmateriaal te delen. De scholen bezochten elkaars fablabs en ateliers. Met de basisscholen spreken we af dat leerkrachten mee optreden als promotoren voor de buitenschoolse STEM-workshops. In elke klas worden jaarlijks drie workshops aangeboden. Door die aanklampende strategie hebben we de voorbije jaren ruim 70 procent van de leerlingen uit de vijfde leerjaren van het basisonderwijs meegekregen, op een erg inclusieve en toegankelijke manier.’
Voordelig voor onderwijs, maar ook voor economie
Bedrijven en ondernemingen krijgen een resem mogelijkheden aangereikt om deel te nemen aan het netwerk. Eerder ondertekende Neteland met Unizo, Voka en de bedrijven al een charter voor structurele samenwerking, met behalve voor STEM ook aandacht voor activering, maatschappelijk verantwoord ondernemen, duurzaamheid en mobiliteit. ‘Nu overtuigen we de partnerondernemingen om regelmatig klasbezoeken op het bedrijf toe te laten, ook voor jongere leerlingen,’ zegt Lieven Janssens. ‘Voor scholieren van achttien jaar komen zulke bezoeken eigenlijk te laat.’
Daarnaast kunnen medewerkers van bedrijven meedraaien in STEM-lespakketten, en bedrijfswetenschappers kunnen die pakketten voor de STEM-academie ook mee creëren en samenstellen. ‘De bedrijven werken mee aan het programma omdat ze de weerslag ervan zien,’ voegt de burgemeester nog toe. ‘Het werkt als een laboratorium voor innovatie in de bredere regio, integreert diverse beleidsdomeinen en trekt naast jongeren ook andere, volwassen doelgroepen aan. In het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen dragen bedrijven bij aan het STEM-netwerk door er personeelsleden in te schakelen als gastleerkrachten.’ Via meerjarige overeenkomsten met regionale bedrijven zoals Johnson&Johnson en Aurubis streeft Neteland naar een verdere verbreding van de STEM-activiteiten.
Lokale ecosystemen, ook de piste van het Vlaamse STEM-platform
Het project in de regio Neteland wordt als een van de te volgen voorbeelden genoemd in het nieuwste memorandum van het STEM-platform Vlaanderen, dat in 2012 op initiatief van het Vlaams Parlement werd opgericht en waarvoor VLAIO als regisseur optreedt. Het memorandum heeft het over het belang van systeemdenken, buitenschoolse STEM-workshops en meer inbedding in vrijetijdsinitiatieven om meer mensen ‘STEM-thousiast’ te maken. Melexis-topvrouw Françoise Chombar is voorzitter van het Vlaamse platform. ‘Het model van Neteland bewijst dat lokale en regionale netwerken dicht bij de jongeren, dicht bij scholen en dicht bij ondernemingen het beste instrument zijn om jongeren buitenschools maar toch samen met de school te laten proeven van STEM en te ontdekken of het deel uitmaakt van de talenten die ze verder willen ontwikkelen,’ zegt ze.
‘De naschoolse STEM-academies zijn een waardevolle aanvulling op het onderwijslandschap, waardoor kinderen worden voorbereid op een wereld die steeds meer draait om wetenschap, technologie, engineering en wiskunde. Het is een investering in de toekomstige generatie die niet alleen individuele kansen vergroot, maar ook de algehele welvaart en innovatie van de samenleving bevordert. Een gezamenlijke inspanning van ondernemers, lokale en regionale overheden, onderwijs en onderzoek is wel essentieel om die academies te versterken.’
Ambities en verdere uitrol
Kan het model waarvan Neteland een prototype is, STEM in Vlaanderen echt doen doorbreken? Een analyse uit 2024 door beleidsverantwoordelijken en captains of industry wijst in ieder geval in die richting. Structurele en systematische samenwerking tussen (lokale) overheden, bedrijven en onderwijs (de zogenaamde triple helix) is daarbij telkens conditio sine qua non. Internationaal komt Neteland zo in het rijtje te staan van voorbeelden als Brainport Eindhoven, de regio rond de Technische Universiteit München, Teknikcollege in Zweden en de stadsregio Phoenix in de VS. Maar ook in elke binnenlandse regio zijn dergelijke ecosystemen mogelijk, mits er een goede matchmaking tot stand komt tussen partners die samen voor de juiste dynamiek zorgen. In de regio’s rond Leuven (Imec/RVO Society), Gent (MTechnologycenter), Brugge (VIVES) en Hasselt (Corda) zijn al vergelijkbare samenwerkingen opgezet, vaak ondersteund door het Vlaamse STEM-platform en door Da’s Geniaal, een coalitie van meer dan twintig internationale bedrijven actief in Vlaanderen.
Neteland wil het bestaande ecosysteem nu verbreden, verdiepen en vastleggen. Lieven Janssens: ‘We willen binnen de volledige regio gaan samenwerken met nog meer partners en bedrijven, we gaan nog meer experimenteren met methodieken en blijven ook werken aan inclusiviteit en een laagdrempelige toegang. De motivatie van meisjes voor STEM-richtingen verdient extra aandacht, maar ook het bereiken van kwetsbare doelgroepen, niet het minst anderstalige nieuwkomers. Wat we hebben, willen we verankeren om als regio een living lab voor STEM te blijven en daarmee een robuuste basis te leggen voor de toekomst. Het sterkt ons dat we daarin door de Vlaamse overheid als prototype en voorloper worden erkend. We willen ook instaan voor de overdraagbaarheid naar andere regio’s. Daarom namen we het initiatief om samen met VVSG, departement onderwijs, VOKA, SERV, STEM-platform en VLAIO dit soort ecosystemen te initiëren in elk van de vijftien Vlaamse referentieregio’s.’ —
Pieter Plas, hoofdredacteur Lokaal
Beelden GF
Voor Lokaal september | 2024
Netwerk STEM creëert lokaal een meerwaarde
1. Als overheid ondersteun je lokale samenwerkingen en maak je mee duurzame partnerschappen.
2. Werken rond STEM is geïntegreerd werken op meerdere domeinen tegelijk: onderwijs, ondernemerschap, regiovorming, vrije tijd, welzijn (via inclusie) en meer. Het is dus zowel uitdagend als verrijkend.
3. Het thema activeert en versterkt een breed netwerk rond je lokale bestuur: partnergemeenten, scholen, ondernemers, partners, vrijwilligers, bovenlokale partners binnen de regio.
4. STEM daagt uit en maakt het mogelijk op maat te werken en samen te werken: tussen gemeenten, netoverschrijdend met scholen, met specifieke stakeholders, en volgens de specifieke behoeften in je regio.
5. Werken aan STEM brengt innovatie met zich mee: nieuwe ideeën, methodieken en initiatieven kiemen, de inclusie groeit, de samenwerkingsreflex verbetert.