Er is een duidelijk onderscheid tussen de opvolging en de vervanging van een politieraadslid:

  • Bij opvolging houdt het mandaat als politieraadslid op en komt de opvolger definitief in zijn of haar plaats zetelen. De WGP (artikel 19) omschrijft de procedure.
  • Bij vervanging is er sprake van het tijdelijk opnemen van het mandaat als politieraadslid, maar behoudt het vervangen politieraadslid wel zijn of haar mandaat. Het decreet over het lokaal bestuur omschrijft de procedure voor de vervanging (“Het verhinderde of afwezige lid van de politieraad wordt vervangen met toepassing van de bepalingen die, in de deelstaat op het grondgebied waarvan de desbetreffende zone zich bevindt, in het algemeen de vervanging regelen van het verhinderde of afwezige gemeenteraadslid”).

Als je je laat vervangen in de gemeenteraad, dan kan je niet meer zetelen in de politieraad. Je vervanger in de gemeenteraad kan enkel zetelen in de politieraad wanneer je gevraagd hebt om ook in de politieraad te worden vervangen. De politieraad neemt kennis van de redenen voor de vervanging. Enkel je vervanger in de gemeenteraad kan je dan vervangen in de politieraad. Dat is doorgaans een ander raadslid dan de opvolger op de voordrachtakte. De opvolger op de voordrachtakte kan enkel in de plaats komen van het politieraadslid na formeel ontslag uit de politieraad.

We raden aan dat de vervanger ook de eed aflegt als politieraadslid, omdat deze eed verschilt van die van een gemeenteraadslid.