Spelen2.jpeg
Provider image

In Brasschaat stelden de 2 BOA-regisseurs samen met het projectteam een projectplanning op rond drie pijlers: opvang, activiteiten en participatie. Ze deden al een omgevingsanalyse, een stakeholderanalyse en werken nu aan een visie-oefening.

Aanpak en resultaten

In Brasschaat trekken Ann Martin Sluyts en Greet Loos de uitvoering van het BOA-decreet. “Het gebeurt niet vaak dat een project zo veel verschillende domeinen overspant, het is een kans om van één plus één meer dan twee te maken.”

Greet en Ann zetten in tandem hun schouders onder BOA. “We hebben een totaal verschillend profiel, maar dat maakt het net interessant”, vindt Ann. “Greet werkt op de jeugddienst, onder andere kinderopvang hoort bij haar takenpakket. Ik ben géén echte expert. Ik werk op de stafdienst Organisatieontwikkeling, ik coördineer projecten en coach projectleiders. BOA is een groot project van lange adem, dat ook nog eens heel wat verschillende domeinen overspant. Ik ben mee aan boord gekomen om met een helikopterblik naar BOA te kijken.”

De twee BOA-regisseurs pakten de lokale Brasschaatse vertaling van het decreet dus bijzonder planmatig aan: “We zijn uiteraard begonnen met ons te verdiepen in BOA. De ene dacht aan een slang, de andere aan zo’n ding met veren, maar niemand wist goed wat het decreet nu precies inhoudt. Dat was stap één.

Van de VVSG hebben we onthouden dat het belangrijk is om een draagvlak te zoeken voor je de concrete invulling van BOA in de gemeente vorm begint te geven. Dat hebben we eerst en vooral intern gedaan. We zijn op alle bestaande overlegmomenten over BOA gaan praten: de sportraad, de cultuurraad, het scholenoverleg,… Met een 12-tal mensen, uit verschillende uiteenlopende domeinen (vrije tijd, sport, jeugd, onderwijs, gezin,…) hebben we een projectteam samengesteld. We hebben een externe partner die voor ons de buitenschoolse opvang organiseert. Hun expertise en hun ideeën hebben we natuurlijk ook van meet af aan meegenomen in het hele BOA-verhaal.

We hebben een projectplanning opgesteld rond een paar grote pijlers: opvang, activiteitenaanbod en participatie. Rond elk van die drie pijlers zijn we nu van mijlpaal naar mijlpaal aan het gaan. We hebben een omgevingsanalyse gemaakt en het volledige bestaande aanbod in kaart gebracht. We zijn nu bezig aan de visieoefening. De eerste blauwdruk is klaar voor het college. Als die blauwdruk afgeklopt wordt en het financiële plaatje klaar is, dan kunnen we BOA concreet beginnen uitwerken.

Voor je andere partners en stakeholders betrekt, is het belangrijk dat je weet hoe groot de speelruimte is die je krijgt. Je moet voldoende ruimte laten voor ideeën en voorstellen, alles mag zeker niet op voorhand vastliggen. Maar als je te hoge verwachtingen creëert van wat allemaal mogelijk is, ga je mensen ontgoochelen. De verwachtingen moeten helder zijn. Tussen nu en 2026 moeten we nu vooral springen: experimenteren, proefprojecten opzetten, kijken wat die geven. Maar wel met onze voetjes op de grond, stap voor stap. Eerst de schoolvakanties bijvoorbeeld, dan het gewone schooljaar.”

Sterktes en succesfactoren

  • BOA brengt iedereen samen rond tafel. Er is al een uitgebreid buitenschools aanbod in Brasschaat, maar dat is nog te versnipperd. Die eilandjes kunnen we nu met elkaar verbinden door slim synergiën te smeden.
  • We zien heel veel ideeën en heel veel goesting bij alle partners. Dat is een heel positief vertrekpunt. De gemeente kan een regierol opnemen, maar we mogen zeker niet het handje vasthouden van al die mensen op het terrein.
  • BOA viel hier, net zoals in veel andere gemeenten, tussen verschillende stoelen. Er zijn heel veel domeinen betrokken bij het decreet, maar het is te breed om het onder één specifiek domein onder te brengen. De gemeentelijke organisatie is niet altijd afgestemd op dat soort projecten die over domeinen heen lopen. Dit is een kans om te kijken of we de zaken wel op de meest efficiënte manier aanpakken. Zo kan BOA binnen gemeentes zaken in beweging zetten die het decreet zelf overstijgen.

Knelpunten en uitdagingen

  • Er moet meer duidelijkheid komen rond het financiële luik van het decreet. We gaan heel creatief en innovatief moeten zijn om zoveel mogelijk te kunnen doen met de beschikbare subsidies, we gaan moeilijke keuzes moeten maken. Daar moeten we nog over beslissen.
  • Het blijft een beetje jammer dat het decreet heel grote verwachtingen creëert, zonder er de nodige middelen aan te koppelen om die lokaal ook allemaal waar te kunnen maken. We moeten dan ook goed opletten dat onze partners hun ‘goesting’ niet verliezen.”

Meer weten?